Frictie: een pleidooi voor een dubbelzinnig leven
Samenvatting
De razendsnelle ontwikkelingen in de technologie zouden zomaar tot bezorgdheid kunnen leiden. Met dank aan digitale technologie produceren we een enorme hoeveelheid aan data. Een goudmijn voor vele goed- en kwaadwillenden. In deze datavloed is het van belang dat we niet alleen de mogelijkheden van techniek goed in kaart hebben, maar ook de filosofische en ethische implicaties ervan benoemen. Met het boek Frictie. Ethiek in tijden van dataïsme van Miriam Rasch, essayist en werkzaam aan de Willem de Kooning Academie, ligt er een belangrijke reflectie op deze thematiek. Een virtuoos boek: degelijk, toegankelijk, diep en speels.
Een virtuoos boek: degelijk, toegankelijk, diep en speels
Overzicht boek
Hoewel Rasch erkent dat het boek zich lastig laat navertellen,1 valt er wel een rode draad te ontwaren. Het boek bespreekt het verschijnsel dat aangeduid wordt met ‘dataïsme’, dat wil zeggen ‘het geloof dat alles wat bestaat te vertalen is in digitale data en dat daarmee de wereld de goede kant op te duwen is’.2 Rasch bespreekt in haar boek de onderliggende aannames van dit geloof. De morele vooronderstellingen en leerstellingen van het dataïsme brengt ze in een ethisch kader, en ze confronteert dit dataïsme met alternatieve benaderingen. Zelf ziet ze twee scharnierpunten in haar ‘betoog’. Allereerst is dat de notie van vertaling. Dataficatie zou je kunnen beschrijven als de vertaling in data en getallen. We kunnen daarom in de benadering van het dataïsme leren van het denken over vertalingen. Daarnaast gebruikt Rasch de idee van de-automatisering. De-automatisering laat zich het best illustreren aan de hand van wat kunst doet; ze toont de wereld namelijk als nieuw, ‘ze breekt in onze automatische waarneming in en laat ons door die “vervreemding” weer echt zien’.3 Dat ik ‘betoog’ hiervoor tussen aanhalingstekens zet is niet voor niets. Rasch probeert met Frictie ook zelf uit gestelde kaders te breken, ‘zonder te vervallen in vage of zweverige of prekerige uitvluchten. Het is in die zin een betoog dat in vorm en inhoud betoogt tegen het betoog’, schrijft ze. Uit haar onderneming spreekt hoop: dit antibetoog ‘gelooft dat we zelf nog van alles te zeggen hebben, hoezeer de datasystemen ons ook mogen insnoeren’, aldus Rasch.
Miriam Rasch
Frictie. Ethiek in tijden van dataïsme
De Bezige Bij | 2020 | 240 pp | € 22,99 | ISBN 9789403183602
Het paradigma van het dataïsme
Want dat insnoeren lijkt zich onmiskenbaar te voltrekken. In een nabij verleden waren data nog slechts een belofte. Met data zouden we wellicht patronen kunnen ontdekken die zich anders aan ons begripsvermogen onttrekken.4 Als er destijds al scepsis was, dan is deze nu wel verdwenen. Data hebben hun belofte onmiskenbaar ingelost, meent de auteur. Ze ‘gelden ondubbelzinnig als de universele code waarin alles te vertalen is’.5 De mens raakt in dit datageweld meer en meer overbodig. Data maken de wereld voorspelbaar, en algoritmes nemen betere beslissingen dan mensen. Via data wordt eindelijk definitief controle over de natuur verkregen. Dat gaat niet aan de mens voorbij: ook de mens ‘ontkomt er als onderdeel van de natuur niet aan zelf ook onderworpen te worden. Hij zal moeten plaatsmaken voor zijn opvolger, een wezen dat, min of meer alwetend, godgelijk is.’6 Het is niet anders: ‘De inefficiënte mens gaat een gewisse lotsbestemming tegemoet.’7
Dit antibetoog gelooft dat we zelf nog van alles te zeggen hebben
Aldus geeft Rasch stem aan de ‘profeten van het dataïsme’. Ze becommentarieert zelf het dataïsme kritisch en noemt het een geloof van het cynische soort. Het dataïsme stelt de wereld voor als een ‘betreurenswaardig tussenstadium’. We zijn op weg naar iets beters. Daarmee heeft het geloof van het dataïsme volgens Rasch trekken van een traditioneel geloof: een individuele dood of een wereldomspannende apocalyps is voorwaarde voor vooruitgang, voor het paradijs.8
Frictie is rebellie, het is het openbreken van een werkelijkheid die steeds meer gesloten raakt
Het dataïsme sluit daarnaast ook aan bij het traditionele evolutionaire denken. Uiteindelijk bepaalt de gang van de evolutie dat, zoals ze een wezen heeft voortgebracht dat alle andere wezens aan zich heeft onderworpen (de mens), de mens op zijn beurt een wezen zal creëren dat hem zal onderwerpen.9
Frictie
U begrijpt: uit de constatering van het voorgaande ontstaat een urgentie, namelijk de urgentie om ons actief te gaan verhouden tot dit dataïsme. Het begrijpen van de werkelijkheid door middel van digitaliteit is namelijk niet de enige en zeker niet de rijkste manier. Naarmate dit verstaanskader, deze mal, ons nauwer insluit, is het des te belangrijker om dit voor ogen te houden, aldus Rasch.10 Een kernbegrip hierin, zie de titel van het boek, is ‘frictie’. Dat wat Rasch met haar boek zelf in praktijk wil brengen. Frictie brengt ons op het spoor van de fixaties van het dataïsme: ‘Het is dat wat met behulp van de techniek uitgebannen moet worden. Frictie houdt immers de beweging tegen die data oplevert, data die de wereld voorspelbaar moeten maken.’11 Frictie is rebellie, het is het openbreken van een werkelijkheid die steeds meer gesloten raakt.
Het gevaar van een wereld die gekenmerkt wordt door egaliteit, door geslotenheid, door gebrek aan frictie is het ontbreken van een ethiek. Ethiek ontstaat namelijk per definitie uit dat wat frictie oplevert. Rasch gaat hiervoor te rade bij de ideeën die Simone de Beauvoir uitwerkt in haar Pleidooi voor een moraal der dubbelzinnigheid. Ze stelt dat ethiek volgens De Beauvoir uit aangehouden onzekerheid bestaat. En onzekerheid is dat wat het dataïsme nu juist niet verdraagt.12 Frictie is in mijn optiek daarom, na het lezen van dit boek, om minstens twee redenen belangrijk. Allereerst is het de stok in het wiel van het dataïsme. Het is het verzet waarmee we uitbreken uit het reductionisme van binaire tegenstellingen.13 In de tweede plaats: in een wereld waarin er geen plaats is voor frictie, onzekerheid, mislukking en paradoxen, verliezen we de mogelijkheid tot ethische reflectie, die immers bestaat bij de gratie van frictie. In de woorden van De Beauvoir: ‘zonder mislukking geen moraal’.14
Omgaan met het probleem
Hoe gaan we met elkaar die frictie in praktijk brengen? Het is op dit punt dat de exercitie van Rasch misschien wat abstract blijft. Ik krijg op deze vraag geen antwoord in de zin dat ik morgen concreet ander gedrag ga laten zien. Dat is heerlijk. Rasch weerstaat de verleiding om praktisch te worden. Er zijn genoeg praktische boeken, met zelfhulpschema’s en stappenplannen voor een gezond digitaal leven. Het betekent overigens niet dat Frictie niets te zeggen heeft op deze vraag. Het boek zorgt namelijk voor een leesbril bij de werkelijkheid. Er zijn van nature zaken die aan data ontsnappen. En dat is volgens Rasch ‘niet alleen het subjectieve, de dromen en angsten en wensen, gevoelens zoals liefde of de vervreemding zelf, of grote begrippen als genade en rechtvaardigheid. In laatste instantie ontsnappen de dingen zelf.’15 Het is de wereld-zonder-ons, de hele kosmos waarin wij maar een klein rolletje spelen, een verwijzing naar de ervaring van decentralisatie.16 De strijd tegen dataïsme vraagt om een weg van mystiek, te weten een ‘mystiek van uiteenvallen, van entropie’.17
Rasch spreekt in navolging van Eugene Thacker van een ‘klimatologische mystiek’, die van de tektonische platen, tropische stormen, kleverige geologische sedimenten van olievelden en primaire levensvormen. ‘De ervaring van entropie is bij uitstek een ervaring die ontsnapt aan representatie, registratie en reductie. Juist het verborgen binnenste van de planeet dat verbrokkeld om ons heen ligt (…) kan ons op weg helpen naar nieuwe vormen van samenzijn en betekenisgeving, omdat het sluitstuk van de systemen daar voorgoed ontbreekt.’18
Het boek is een oproep om ons als een de-automaton te gedragen: weigeren als een automaton voort te ratelen, er eer in leggen een stok tussen de spaken te steken van al te gesmeerde netwerken, min of meer openlijk genieten van frictie. Het leven van een de-automaton creëert ruimte; men viert onvoorspelbaarheid om zo ‘het innerlijk leven te bewaken, niet alleen het eigen, maar ook dat van de ander’.19
Rasch weerstaat op heerlijke wijze de verleiding om praktisch te worden
Waardering boek
Frictie is een urgent boek. Overtuigend wordt het paradigma van het dataïsme bekritiseerd. Een paradigma dat langzaam het dominante perspectief lijkt te worden en dat het zicht op andere (rijkere) perspectieven belemmert. Onze tijd heeft dit boek nodig.
Zoals hiervoor al geconstateerd, is het boek niet praktisch, maar van begin tot eind degelijk filosofisch-ethisch. Ik vind dat verfrissend. Het is een boek dat je aan het denken zet, laat herkauwen, laat twijfelen, niet meteen tot handelen dwingt. Precies dat wat een filosofisch boek hoort te doen.
Ik hoop dat deze bespreking doet vermoeden dat we hier met een rijk boek te maken hebben, naar stijl én inhoud. Veel elementen heb ik niet besproken, bijvoorbeeld de uitvoerige beschouwing op taal als scharnierpunt in de benadering van het dataïsme. Dit artikel laat slechts een spoor van een hoofdgedachte zien. Lees deze beschouwing dan vooral ook als aansporing om dit boek aan te schaffen (uw lokale boekhandel ziet u graag verschijnen), zelf te lezen en wellicht te herlezen.
Noten
- 1.Frictie, p. 14.
- 2.Frictie, p. 14.
- 3.Frictie, p. 15.
- 4.Frictie, p. 25. Rasch maakt gebruik van het volgende artikel: David Brooks, ‘The philosophy of data’, The New York Times, 4 februari 2013.
- 5.Frictie, p. 25.
- 6.Frictie, p. 25.
- 7.Frictie, p. 27.
- 8.Frictie, p. 27.
- 9.Rasch bespreekt hier de Oostenrijkse kunstenaar Peter Weibel in zijn denken over de ‘exo-evolutie’, oftewel ‘het steeds verder loskomen van de natuur door dingen te creëren die losstaan van de mens zelf’. Frictie, p. 41.
- 10.Frictie, p. 99.
- 11.Frictie, p. 16.
- 12.Frictie, pp. 50-52.
- 13.Zie: Frictie, p. 99.
- 14.Zoals vertaald in Frictie, p. 50.
- 15.Frictie, p. 171.
- 16.Rasch verwijst naar het volgende boek: Graham Harman, Immaterialism. Objects and social theory. Cambridge: Polity Press, 2016.
- 17.Frictie, p. 195.
- 18.Frictie, p. 195. Zie voor de ideeën van Eugene Thacker diens trilogie Horror of philosophy: In the dust of this planet. Zer0 Books, 2011; Starry speculative corpse. Zer0 Books, 2015; Tentacles longer than night. Zer0 Books, 2015.
- 19.Frictie, pp. 21-22.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0167-9155
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.