MENU
  • Home
  • Actueel
    • Nieuws
  • Inhoud
    • Laatste nummer
    • Archief
  • Auteurs
    • Overzicht auteurs
    • Artikel indienen
  • Abonnementen
    • Abonneren
    • Proefabonnement
  • Over CDV
    • Redactie
    • Adverteren
    • Links
    • Contact
Inloggen
Inhoud
Inhoudsopgave jaargang 2025 / nummer 4
PDF  

Een boek lezen als toegangsbewijs voor deelname aan debat

Uit de kunst
Rien Fraanje
9 december 2025

Samenvatting

Gezien alle media-aandacht kan het u niet zijn ontgaan dat het dit jaar een halve eeuw geleden is dat Suriname zijn onafhankelijkheid verwierf. Dit jubileum was voor mij aanleiding om een grote omissie in mijn historische en literaire opvoeding recht te zetten, namelijk het lezen van Wij slaven van Suriname van Anton de Kom. Eind jaren tachtig las ik voor mijn eindexamen Multatuli, Hermans en Mulisch, maar schrijver De Kom bleef voor mij een onbekende. Bij het vak geschiedenis was de Tweede Wereldoorlog een van de twee centrale onderwerpen bij het schriftelijk eindexamen, maar over onze verzetsheld De Kom, die in 1945 in gevangenschap om het leven kwam, kreeg ik niets mee.

Vanuit artistiek/literair oogpunt is Wij slaven van Suriname een moeilijk te vangen boek. Het is geen roman, eerder een literair beschreven geschiedenis van de slavernij in Suriname, hoewel het derde, laatste en ook kortste deel dan weer gaat over hoe de schrijver in de jaren dertig van de vorige eeuw bij zijn terugkeer in Suriname zonder duidelijke reden wordt gearresteerd en uiteindelijk terug op de boot naar Nederland wordt gezet.

Het is vooral de schokkende inhoud die het boek tot verplichte kost maakt. Het bleek alleszins een opgave om mij pagina’s lang door de gruwelijkheden heen te moeten worstelen die Nederlandse voorouders jegens Surinaamse tot slaaf gemaakten hebben begaan. De onderdrukking, de werk- en leefomstandigheden en de martelingen, die geregeld tot de dood leidden, zijn van een mate van verschrikking dat geen superlatief recht zou doen om de ernst ervan adequaat te beschrijven.

Er zijn ook literaire redenen waarom De Kom met zijn boek in de canon van Nederland thuishoort. De Kom heeft in de eerste plaats een onmiskenbaar literaire schrijfstijl. Hij toont zijn enorme betrokkenheid bij de Surinaamse slaven niet door grote woorden en verontwaardiging, maar door weloverwogen en precies te beschrijven onder welke omstandigheden zijn voorouders decennialang hebben moeten leven.

Daarbij maakt hij dankbaar gebruik van beproefde literaire stijlmiddelen, bijvoorbeeld de onderkoelde ironie: ‘… de Hollanders van die dagen waren uiterst modern en pasten reeds het systeem toe der crèches, opdat de moeders rustig zouden kunnen werken. Zo gezien zou men zelfs kunnen beweren dat de slavernij een voorbereidster was van de emancipatie der negervrouwen.’

Een ander stijlmiddel is de omdraaiing die De Kom probeert te bewerkstelligen. Hij schrijft vanuit het perspectief van de tot slaaf gemaakten, waarbij zij niet (alleen) slachtoffer zijn van hun overheersers, maar vooral ook helden omdat ze de onderdrukking hebben doorstaan en die waardig hebben gedragen. Hij eert bijvoorbeeld de tot slaaf gemaakte vrouwen die weigerden om een nacht met hun eigenaar door te brengen. Dat moesten zij meestal bekopen met ondraaglijke lijfstraffen, met geregeld de dood tot gevolg. Tegenover zijn helden staan de petata (witte Hollanders): wrede, luie en lethargische barbaren, en juist níét de geslaagde en goed ontwikkelde zakenmensen die zij zich waanden ten opzichte van de in hun ogen inferieure zwarte slaven.

Bovendien brengt De Kom in herinnering dat veel slaven de moed hadden om zich tegen hun onderdrukkers te keren: ‘Zij behoorden tot het gespuis, zoals de blanken de marrons noemden, maar voor ons zijn en blijven zij helden, Surinamers die hun waardigheid van aanvoerders door dapperheid en deugd verworven hadden, vechters voor de rechten en vrijheid der Surinaamse slaven.’

Historisch is het van belang dat De Kom aandacht vraagt voor de erbarmelijke omstandigheden waaronder zogenoemde contractarbeiders na de afschaffing van de slavernij in 1863 moesten werken. Hij toont zich in het tweede deel van het boek, ‘Het tijdperk der “vrijheid”’, solidair met deze vaak uit Indonesië afkomstige Hindoestanen.

Anton de Kom, Wij slaven van Suriname. Amsterdam/ Antwerpen: Atlas Contact, 2024 (28e druk; eerste druk 1934).

Daarnaast blijkt hij een visionair wanneer hij wijst op de uitputting van de natuurlijke grondstoffen in Suriname. En meer dan veertig jaar vóór 1975 pleit hij al voor Surinaams zelfbestuur. Het boek is daarmee méér dan alleen een aanklacht tegen de Nederlandse behandeling van slaven, het is ook een manifest waarmee hij de Surinamers oproept tot zelfbewustzijn: ‘Pas dan, wanneer de oude slavenmentaliteit uit onze harten verdwenen zal zijn, zal de Surinamer tot menselijke waardigheid komen.’

Het is een must om kennis te nemen van Wij slaven van Suriname. Ik stel voor dat het boek geldt als een soort toegangsbewijs. Om te mogen deelnemen aan het debat over het slavernijverleden van Nederland en alles wat daarmee samenhangt, moet je eerst deze klassieker hebben gelezen. Anders past slechts zwijgen.

Vorige Inhoudsopgave Volgende
Twitter Facebook Linkedin
Delen Print PDF

© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0167-9155


De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:


Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912. Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).

No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.

Nummer 4, winter 2025

ABONNEER je nu Laatste editie VORIGE editie

Privacy policy

Algemene voorwaarden

© 2009-2025
Boom uitgevers Amsterdam

Redactieadres

Christen Democratische Verkenningen
t.a.v. drs. M. Janssens

Postbus 30453
2500 GL Den Haag

marc.janssens@wi.cda.nl

 

 

 

Administratie

Boom uitgevers Amsterdam B.V.

Postbus 15970

1001 NL Amsterdam

Nederland

088-0301000

klantenservice@boom.nl