Een tegengeluid tijdens het eenstemmige lied van de coronacrisis
Samenvatting
Te midden van de coronacrisis verscheen de bundel Pandemische chaos, onder redactie van Dick Bijl. Daarin staan behartigenswaardige kanttekeningen bij de corona-aanpak.
Bijl is epidemioloog en voormalig huisarts. Hij staat bekend als criticaster van de farmaceutische industrie en schreef onder andere het boek Het pillenprobleem. Waarom we zoveel medicijnen gebruiken die niet werken en niet helpen. Ook is Bijl kritisch op de aanpak van de Mexicaanse griep in 2009-2010. Wie hem dus een beetje kent, weet dat hij meer van plan is dan ‘het coronabeleid van de overheid onder de loep nemen’, zoals hij zijn doel omschrijft in ‘Aanleiding en dankwoord’.
Daarbij is Bijl het geluk ten deel gevallen dat de bijdrage van Ad Verbrugge van hoge kwaliteit is. Deze bijdrage, ‘De weg van de minste weerstand’, is pas verderop in de bundel opgenomen, maar kan als overkoepelende beschouwing dienen voor het gros van de andere bijdragen. Volgens Verbrugge hebben we te maken met ‘een schijnvertoning, een nabootsing zonder origineel, het doen alsof je met een pest te maken hebt, terwijl er geen pest is en je ook niet meer beseft wat die inhoudt’. Verbrugge schrijft dat hij het aantal doden niet wil bagatelliseren, maar dat de ernst van corona ‘in schril contrast’ staat met de Spaanse griep, ebola of de middeleeuwse pest. Corona is min of meer een ouderdomsziekte, en zou vroeger ‘waarschijnlijk nauwelijks zijn opgemerkt’.
Dit wordt onderschreven door Mattias Desmet en Ronald Meester in hun bijdragen. Volgens Desmet zijn we ‘goed op weg naar een maatschappij die primair geleid wordt op basis van cijfers’. Maar welke cijfers? Welk sterfgeval wordt toegeschreven aan corona en welk niet? Meester relativeert de cijfers en noemt een aantal andere oorzaken die gevaarlijker zijn dan een corona-infectie: roken, diabetes, verkeer, bijwerkingen van medicijnen en medicatiefouten, luchtverontreiniging. ‘Pandemie’ is hierbij ook maar een begrip, zo noteren verschillende auteurs: de definitie werd enkele maanden voor de uitbraak van de Mexicaanse griep flink verruimd.

Dick Bijl (redactie)
Pandemische chaos. Het coronabeleid onder de loep
Walburg Pers | 2021 | 220 pp. | € 24,99 | ISBN 9789462498068
Media als superverspreiders
Volgens Verbrugge is in de ‘tweevoudige pandemie’ die van maatschappelijke angst besmettelijker en ernstiger dan die van corona zelf. Met schrikbeelden van grootschalige uitbraken zoals die uit Bergamo is het gevaar van corona uitvergroot. In angst ontstaat de behoefte aan ‘het men’ en aan de oplossing als hedendaagse verlossing. Het grote eenduidige verhaal helpt mensen af van hun individuele verantwoordelijkheid. In de besmettelijkheid van de angst hebben media als ‘superverspreiders’ een kwalijke rol gespeeld. De vrije journalistiek heeft zich bewogen ‘in de richting van propaganda’. Experts (al dan niet met belangen) doen veelvuldig hun zegje in de media. De massa wordt op haar wenken bediend: er ontstaat één verhaal (bepaald geen pandemische chaos) waarin geen plaats is voor tegengeluiden. Angstige mensen sluiten zich af voor de redelijkheid van andermans opvatting. Ze zetten andersdenkenden onder druk of verlagen hen tot ‘wappie’.
Toeschouwers in eigen levensdrama
In onze massaconsumptiecultuur was volgens Verbrugge al sprake van een ongezonde leefstijl die de weerstand verzwakt. De coronasituatie maakt ons nog eens extra tot toeschouwers in ons eigen levensdrama: ons eigen handelingsvermogen wordt uitgeschakeld, wat angst bevordert en de weerstand verzwakt. Sterker, onze manieren om weerbaar te zijn werden in lockdowns geblokkeerd en allesbehalve gestimuleerd, zoals Michaéla Schippers uitwerkt in haar bijdrage. Te denken valt aan gezond eten, ondersteuning zoeken, ontspanningsoefeningen doen.
In deze sfeer van lijdelijkheid en angst ontstaat een kinderlijke behoefte aan bescherming, aldus Verbrugge. Gegrepen door dat kinderlijke sentiment lijkt acute veiligheid veel belangrijker dan bijvoorbeeld het minder indringende effect van coronamaatregelen op kinderen en jeugdigen. Over deze effecten gaat ook de bijdrage van Hans Koppies, met de titel ‘Kinderen van de coronarekening’. Hij beschrijft bijvoorbeeld hoe gemakkelijk de scholen werden gesloten, zonder onderbouwing.
In de collectieve angst is moed als kardinale deugd kennelijk vergeten en gaan mensen hun welzijn en masse van de overheid verwachten. Hierin schuilt mogelijk een groter gevaar ‘dan in het virus waarvan we nu zo massaal in de ban zijn’, zo besluit Verbrugge zijn vertoog.
Welkom tegengeluid
In de bundel ontbreken alternatieven voor de corona-aanpak. Een fundamentele kijk op de ic was ook een aardige toevoeging geweest. Op de praktijk daarvan blijven immers veel abstracte beschouwingen stuklopen. Wat is de ic eigenlijk voor bepalende plek in de crisis, waar een deel van de patiënten de dood vindt en nog een deel zwaar gehavend vandaan komt?
Bij gebrek aan een duidelijke doelstelling en structuur en een brij aan critici ontkomt de bundel zelf niet geheel aan pandemische chaos. Het siert Bijl en de scribenten niettemin dat zij hun gedachten naar buiten brachten toen het stof nog niet was neergedaald. Dit soort pogingen is welkom bij het uit de ‘wappiesfeer’ halen van kritische reflectie wanneer één beleidsrichting dominant is. Niet denkbeeldig is dat we in de toekomst concluderen dat het gebrek aan tegengeluid en daarnaar luisterende oren grote gezondheidsschade hebben veroorzaakt. Wat dat betreft draagt een verantwoord tegengeluid bij aan de bejubelde tegenmacht.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0167-9155
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.