Geef het CDA smoel: niet smoren maar profileren
Samenvatting
Een linkse protestant en een rechtse rooms-katholiek pleiten ervoor elkaars verschillen niet te verdoezelen, maar vanuit beider inspiratie het CDA profiel te geven.
Veel gesprekken tussen CDA’ers gaan over dagelijkse politiek, over de mediatopics, over de poppetjes. Wie moet lijsttrekker worden? Of: met wie kunnen we wél, en met wie kunnen we níét? Natuurlijk valide discussies, spannende onderwerpen, maar toch … Is het niet relevanter ons af te vragen wie we zijn, waar we voor staan, wat ons verhaal is? En dan niet het politieke verhaal, maar het verhaal vanuit onszelf, vanuit onze idealen en gedrevenheid. En klinkt dat verhaal dan in Limburg hetzelfde als in Zeeland, de Randstad of Friesland, of gunnen we elkaar regionale accenten?
Waarom zijn christendemocratische partijen bij elkaar gekomen? Wat hebben wij de Nederlandse politiek, de samenleving, te bieden in een tijd dat hard roepen, veroordelen en versplintering dominant zijn in politiek Den Haag? Het lijkt erop dat we veelal anderen nodig hebben om uit te leggen wie we zelf zijn. De Tocqueville, Kinneging, Scruton en gelukkig ook nog Schaepman, Nolens, De Savornin Lohman, Kuyper. In dit blad verschijnen geregeld bijdragen die bol staan van verwijzingen naar filosofen en politici, veelal uit lang vervlogen tijden. Leerzaam en inspirerend, maar wat vinden we zélf? Hebben we zelf ook nog tekst, eigen woorden, een eigen overtuiging?
In het jaar waarin het CDA veertig jaar bestaat doen wij als bijnategenpolen een poging om te duiden wat ons als christendemocraten drijft, wat óns verhaal is. Kunnen een linkse protestant met AR-wortels en een rechtse katholiek uit de oer-KVP-regio Brabant elkaar (nog) vinden?
Of bevinden we ons bij toeval in hetzelfde huis, binnengekomen via verschillende ingangen? Ja natuurlijk, over de actuele politiek en over het weer kunnen wij genoeglijk keuvelen, maar als we naar die diepere laag afdalen, is daar dan nog wat, spreken we daar eenzelfde taal, loopt daar een waarde(n) volle goudader die we delen?
We doen ons verhaal in deze bijdrage eerst ieder apart, en dan gaan we kijken naar wat we delen. Dit mondt uit in een pleidooi om de verschillen binnen ons CDA te koesteren, juist om profiel te krijgen.
We hebben als CDA deze cultuurkatholieken, zeker in Zuid-Nederland, van ons vervreemd
Cultuurkatholieken: zakelijk, betrokken en relativerend
Laat ik, Frank, beginnen. Ik grijp graag terug op het denken van de katholieke sociale leer. Dan komen begrippen naar boven als ‘subsidiariteit’ en ‘personalisme’. Maar ook ‘broederschap’, dat derde woord van de Franse Revolutie. Dan gaat het er dus over om mensen en organisaties van onderop verantwoordelijkheid te geven, zo ver mogelijk bij de overheid en wet- en regelgeving vandaan. Personen als onderdeel van de samenleving, en niet als individu. Broederschap als verbinding tussen vrijheid en gelijkheid.
Op deze manier zijn veel mensen te winnen voor het CDA; vanuit de katholieke cultuur juist nog meer dan vanuit de religie: veel katholieken zijn cultuurkatholieken. We hebben als CDA deze cultuurkatholieken in heel Nederland, maar zeker in het zuiden, van ons vervreemd. Sinds de KVP opgegaan is in het CDA, hetgeen ik nog steeds toejuich, zijn veel cultuurkatholieken gaan zweven – naar de SP, naar lokale en regionale partijen, naar ouderenpartijen, naar de VVD, en naar populistisch-rechts. Volg de electorale geografie van Fortuyn, Wilders en Baudet, en je ziet dat het hier gaat om Limburg, (West-) Brabant, Zeeuws-Vlaanderen, de Bollenstreek, Twente en Volendam. Om onze mensen!
Sinds de ontzuiling zijn veel cultuurkatholieken op zoek naar het juiste, passendste, politieke huis. Ontzuiling werd ook onthuizing. In wezen hebben de cultuurkatholieken sinds de KVP geen vaste bestemming meer kunnen vinden. Natuurlijk, het CDA met Lubbers en Balkenende was sterk, solide – maar het was toch ook weer anders dan de KVP ooit was. Dat was een brede maatschappelijke beweging met culturele, maatschappelijke, religieuze en politieke onderdelen. Niet de K, maar de V was de belangrijkste letter. Zeker de laatste 25 jaar zijn de cultuurkatholieken ontheemd; ze zijn zoekende, ze hebben heimwee naar herders, helden, heiligen en houvast. En dan past een partij die de tijdgeest aanvoelt, appetite for power heeft, en politiek kan relativeren. Deze mensen willen herkenbare beelddragers zien, en ze willen een duidelijke leider die cultuur en sfeer aanvoelt en hiernaar handelt, steeds met een focus op de inhoud, en steeds betrokken met buurt en buitenland. Daarin, in lijn met Brabant, passen boeren, bedrijven, bisschop, Brainport en beleving.
Relevante luyden, steile protestanten
Voor mij, Chris, vormen al die warmte, sfeer en aanraakbaarheid niet de eerste redenen om me aan te sluiten bij een politieke beweging.
Het gaat mij primair om de inhoud. Hoe kan ik, vanuit de overtuiging waarmee ik door het leven probeer te komen, maatschappelijk de juiste dingen doen? Kerk op maandag.
Voor mij is de toespraak die Willem Aantjes in 1975 hield op het eerste CDA-congres, een van de inspirerendste redes uit de geschiedenis van het CDA. ‘De vraag is niet, hoe goed christen iemand is, maar (…) in hoeverre het beginsel niet alleen op papier geldt, maar ook in het praktisch beleid als maatstaf en zelfs als voornaamste en laatste maatstaf zal functioneren. Niet als een last, maar als een bevrijding. Niet omdat je je aan het evangelie moet houden, maar omdat je ook (en zelfs) in de politiek mag wandelen aan de hand van Gods geboden en geloften.’ Vervolgens maakt Aantjes dit concreet door te spreken over de hongerigen, de dorstigen, de vreemdeling en de naakte, reden waarom deze toespraak het predicaat ‘Bergrede’ kreeg – waarmee bewezen is dat ook protestanten niet vies zijn van drama en theater …
Gelukkig staan bij het CDA tussen dat Bijbelse evangelie en de dagelijkse politiek de vier uitgangspunten van rentmeesterschap, solidariteit, publieke gerechtigheid en gespreide verantwoordelijkheid, als stootkussens om die heilige boodschap niet te misbruiken voor de banaliteit die politiek soms met zich meebrengt. En door die vier uitgangspunten – die het CDA geheel of ten dele deelt met diverse andere politieke stromingen – zijn wij bereikbaar voor veel meer mensen dan alleen degenen die zich definiëren als ‘christelijk’.
Want dat is de grootste opdracht van het CDA: leven vanuit de gedachte dat ieder mens telt, dat we moeten omzien naar elkaar, en dat wij als CDA een belangrijke functie hebben om de samenleving te verbinden – en daarom dus ook binnen het CDA met elkaar verbonden moeten blijven. Maar die verbinding kan alleen werkelijk zijn als je zelf je verhaal kent, als je een identiteit hebt en als er ruimte is om jezelf te zijn.
Waar vinden de bourgondische Brabander en die wat steile westerling elkaar binnen het CDA?
Synthese en appel
Tja, wat moet je hiermee? Als zich binnen één lichaam al zulke verschillende geesten bevinden, hoe kan er dan voor de buitenwereld een herkenbaar geluid uit komen? Welke boodschap hebben de bourgondische Brabander en die wat steile westerling aan elkaar? Waar vinden zij elkaar binnen het CDA? En laten we wel wezen: zij zijn niet de enigen met een opvatting; het CDA heeft bijna veertigduizend leden! Kunnen we niet beter kiezen voor één van deze richtingen, dat wil zeggen voor de richting waarvan te verwachten is dat die de meeste mensen ervan zal overtuigen op het CDA te stemmen?
Nee, zeker niet. Want het kost ons – vanuit onze verscheidenheid – weinig moeite om gemeenschappelijke grond onder de voeten te krijgen. Wij werken hieraan vanuit een ideologische visie die de mensen, de samenleving, centraal plaatst, en niet de overheid of de markt. Het begint bij verantwoordelijke mensen die omzien naar elkaar: dat werkt het allerbest, zowel in Limburg als in Zoetermeer en in de Schilderswijk. Daarbij horen degelijke overheidsfinanciën, maar ook solidariteit tussen verschillende opleidingsniveaus, inkomensgroepen en generaties. Het CDA is er voor de kwetsbaarste mensen, van hier en van ver weg, want íéder mens telt. Het CDA is er voor mensen die zich geslaagd achten, maar zich ook verantwoordelijk voelen om hun rol in de samenleving te vervullen. Want verantwoordelijkheid nemen zit ons in het bloed. Het CDA is er voor studenten, die investeren in zichzelf, maar daarmee tevens in de toekomst van anderen en van Nederland. Want we hebben de aarde als rentmeesters in bruikleen; we geven die door aan volgende generaties.
Het CDA is er voor mensen in de grote steden, waar men worstelt met vraagstukken als integratie, huisvesting en vervuiling, en voor mensen buiten die steden, waar problemen als krimp, minder voorzieningen en vergrijzing spelen. Kortom: het CDA is er voor iedereen.
Een brede volkspartij is het beste antwoord op populisme en versplintering
Durf herkenbaar te zijn; koester het verschil
Het grote probleem van het CDA is dat de partij geen smoel heeft, dat mensen niet weten waar ze voor kiezen. In de huidige mediawerkelijkheid worden verschillen binnen een partij benaderd als ruzie, als potentieel risico. Binnen onze partij bestaat in hoge mate de neiging om plooien glad te strijken, om publieke discussies en accentverschillen uit de weg te gaan. Maar dat kan simpelweg niet in een brede partij, juist als we herkenbaar willen zijn voor onze buitenwacht.
De cultuurkatholieken bepaalden de afgelopen decennia de richting van de verkiezingsuitslag (SP, Fortuyn, PVV, FvD). Ze zijn zwevend. En katholieken zijn grillig, vluchtig, ontrouw.
Ze zijn snel weg bij je partij, maar … zijn ook weer snel terug te winnen. De inhoudelijke protestanten hebben vaak hun toevlucht gezocht tot linkse partijen (GroenLinks, ChristenUnie, D66) en herkennen in onze partij te weinig voorlieden die op een moderne, open manier die oeroude boodschap vanuit het evangelie handen en voeten geven, en vooral ook onder woorden brengen. De boodschap is dus: bloedgroepen niet wegmasseren, maar positie geven, meer profiel en gewicht.
De echte vraag voor het CDA is nu: hoe kunnen we de mensen, inderdaad uit verschillende hoeken, weer aan ons binden?
Dat heeft te maken met inhoud en positionering, maar ook met cultuur, gevoel en sfeer. Met traditie en moderniteit, zakelijkheid en betrokkenheid, nabijheid en in de wereld staan.
En, inderdaad, een volkspartij heeft vleugels, maar die zijn wel met elkaar verbonden. Want een brede volkspartij is het beste antwoord op populisme en versplintering.
Bij dat binden gaat het ook, en vooral, om herkenbare politici: mensen waarin Brabant, Zeeland én de Randstad zich kunnen herkennen, met hun eigen verhaal, een eigen profiel, waarbij het ook best eens mag knetteren, ook voor het oog van de buitenwereld. In al die gezinnen, scholen, bedrijven en verenigingen in ons land heersen immers óók allerlei meningen; die pluriformiteit is er nu eenmaal, en is ook nodig. We willen dus politici die iedere dag voorleven dat je ondanks andere benaderingen toch samen in één huis kunt leven, verbinding kunt maken, van water wijn kunt maken – welke betekenis je ook wilt geven aan die metafoor. Dat is ons CDA!
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0167-9155
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.