Hoe oudere burgers het heft in eigen hand nemen
Samenvatting
Burgers niet pamperen maar gezamenlijke verantwoordelijkheid geven: dat is het verhaal achter de Knarrenhof. Het is een plek waar de mensen zelf kiezen hoe ze willen wonen en waar ze zich verbinden op basis van noaberschap, het omzien naar elkaar. Om juist dergelijke wooncoöperaties als resultaat van burgerinitiatief mogelijk te maken, moeten professionals het woningaanbod niet dicteren maar faciliteren, zegt aanjager en sociaal ondernemer Peter Prak.
Peter Prak © Foto: Stichting/ Knarrenhof
Medio maart 2018 werd in Zwolle de eerste Knarrenhof geopend. CDV spreekt met Peter Prak, de oprichter van de Knarrenhof, voorafgaand aan een informatiebijeenkomst in de gemeente Eemnes waar over een mogelijke nieuwe locatie voor een Knarrenhof gesproken wordt. De term ‘knar’ komt van Van Kooten & De Bie en verwijst met wat zelfspot naar de huidige ‘oudere jongere’ die het heft in eigen hand neemt – zoals in de Koot&Bie-sketch een krasse knar (gespeeld door Kees van Kooten) besluit om zijn eigen Knarrenhof te bouwen als blijkt dat zijn Harley-Davidson niet door de gang van het bejaardenhuis past. Dit idee blijkt ook in de werkelijkheid aan te slaan. ‘Er zijn op zeventien plekken in ons land locaties voor mogelijke nieuwe Knarrenhoven. De komende twee jaar kunnen we tweehonderd woningen in aanbouw nemen. Inmiddels hebben meer dan 11.000 geïnteresseerde burgers in meer dan 260 gemeenten zich bij ons gemeld. Aan belangstelling dus geen gebrek. Het grootste probleem is het vinden van locaties’, zegt Prak. Toch is hij optimistisch. ‘Ik geloof heilig in het verhaal van burgerkracht en ik ben een koppige Groninger. Dus ik laat niet los.’
Het heft in eigen hand nemen
Voor welk probleem is een Knarrenhof de oplossing?
‘Een woningaankoop is een van de grootste uitgaven in iemands leven, maar de zeggenschap en keuzevrijheid hierbij zijn uiterst gering. Bij de bakker heb je keuze uit tientallen soorten brood, bij Gamma vind je eindeloos veel tinten wit, maar bij de keuze van een woning valt vrijwel niets te kiezen. Als je mazzel hebt is er eentje te vinden die een beetje aan je voorwaarden voldoet. Bovendien geldt dat de bouw- en vastgoedwereld niet de hoofdprijs verdient inzake ethisch besef en innovatie. De sector zou naar mijn mening veel meer ten dienste in plaats van ten koste van de samenleving kunnen handelen. Ik wil laten zien dat dit wel degelijk anders kan. Niet maximaal verdienen tegen een minimum aan kwaliteit en maatwerk, maar net andersom. De cultuur in de sector is gericht op bulkproductie: niet wat de mensen willen staat centraal, maar wat stedenbouwers, wethouders en bouwbazen willen, en wat – om Koot&Bie weer aan te halen – “de gebruikelijke usance” is. Maar het kan veel beter.’
Dat moet dus anders?
‘Ik vind het vanuit democratisch oogpunt essentieel om de burger (en in ons geval vooral de oudere burger) als eindgebruiker van de woningen centraal te stellen. Een echte professional is iemand die zijn vak tot in de puntjes beheerst en van daaruit de rust heeft om te durven luisteren. Hij faciliteert, en hij dicteert niet wat hem het best uitkomt. Maar in de bouwwereld gaat het al tachtig jaar zo. Een kleine vakelite bepaalt en de individuele gebruikers hebben te volgen. Nu draait het in de eerste plaats om stenen (hoe bouw ik op de makkelijkste en goedkoopste manier?), daarna komen wensen (van de mensen die locaties en prijzen controleren), en dan pas gaat het om de mensen. Met de Knarrenhof doen we het precies andersom.’
Hoe doe je dat dan?
‘Wij zeggen: “Eerst de mensen, dan de wensen en dan pas de stenen.” De eindgebruikers staan centraal. Onze internetsurveys vragen naar hun voorkeuren: huur of koop, hoog- of laagbouw, moderne of ouderwetse architectuur, alleen 50+- of meergeneratiewonen? De woningen kunnen koop- of sociale huurwoningen zijn. Ze bieden een thuis waar iedereen met het hart op de goede plek – jong of oud, vitaal of met behoefte aan wat ondersteuning – 113 zou willen worden. De stenen zijn bijzaak; het gaat om de gemeenschappen die we bouwen.’
Interview in het kort:
- Op de woningmarkt valt weinig te kiezen: het gaat eerst om stenen, dan om wensen, en dan pas om mensen
- In een wooncoöperatie als de Knarrenhof beslist de bewoner zélf hoe de woon- en leefomgeving wordt vormgegeven
- We zijn te ver doorgeschoten in het verzorgen en pamperen van mensen
- In Knarrenhoven staat burgerfatsoen centraal en tekenen bewoners een sociaal contract
- Levensloopbestendig wonen levert gelukkige burgers op en bespaart de overheid veel zorgkosten
‘Om deze woonvorm mogelijk te maken richten wij wooncoöperaties op. In die wooncoöperatie beslist de bewoner zélf hoe de woon- en leefomgeving wordt vormgegeven. Zo verschuift de zeggenschap stap voor stap naar de doelgroep van de eindgebruikers, maar er is nog een lange weg te gaan. De bouwwereld is taai, aan zowel de private als de publieke zijde. Een cultuur draait niet zomaar bij.’
‘Wij zijn nu op verschillende plaatsen in Nederland actief en richten wooncoöperaties op waarin mensen hetzij gedeeld woningeigendom hebben, hetzij woningbeheer in gedeelde verantwoordelijkheid. Handen en voeten geven aan gezamenlijke burgerinitiatieven is essentieel. De markt doet dat alleen voor het dure segment en de staat kan het niet. Maar burgers kunnen het wel met hulp. De mensen zijn het maatschappelijke motorblok en leveren zo miljoenen pk’s. Een slimme overheid zorgt voor bougies en laat de motor ontvonken.’
‘We hebben het vaak over ouderen als een probleem. Maar bedenk: de gemiddelde volwassen Nederlander is nu 50,4 jaar. We praten dus over “de ouderen” als een zorgwekkende kwestie, terwijl de helft van de volwassen Nederlanders al 50+ is! Het probleem is dat iedereen wel oud wil worden, maar dat niemand het wil zijn. Onze mensen zeggen echter: “Wij zijn niet zielig. Wij gaan niet lijdzaam achter de geraniums zitten, maar pakken zelf de regie.” Ons logo laat een recalcitrante oudere zien met een houding van “Wij doen het zelf wel”. Hoe minder professionals, hoe beter. Dat is eigenlijk het verhaal.’
‘We zijn te ver doorgeschoten in het verzorgen en pamperen van mensen. Als je mensen een rol geeft, een verantwoordelijkheid en een taak, dan hebben ze iets om voor op te staan. Als wachten op de koffie het enige is wat mensen mogen doen, dan komt die koffie te vroeg of te laat, is hij te heet of te lauw, te slap of te sterk. Waarom laat je mensen niet zélf bepalen wat voor koffie er geschonken wordt en hoe laat?’
Noaberschap
Hoe werkt het? Waaruit blijkt bijvoorbeeld dat het geen gewoon bejaardenhuis is?
‘Als je die term zou noemen, zouden de mensen je over de tafel trekken. Let wel: een Knarrenhof is een woonvorm voor “jonge ouderen” en “oudere jongeren” die graag elkaar helpen en zo lang mogelijk zelfstandig willen wonen. We volgen daarbij de vraag van de bewoners zelf. Inmiddels zijn er ook meergeneratiehofjes – zo staat er een op stapel in de dorpskern Garmerwolde in de gemeente Ten Boer in Groningen –, en in het Limburgse Helden komt een Heldenhof, waar ook mensen met een beperking komen te wonen, eenvoudigweg omdat het organiseren van loyaliteit in een groeiende maatschappelijke behoefte voorziet.’
‘Weliswaar zijn mensen gemiddeld 60 als ze in een Knarrenhof komen, maar je moet bedenken dat bijna dertig procent van de volwassenen nu al 60+ is. De jongste aspirantbewoner van een Knarrenhof in Nederland is 19, de oudste 92. De gemeenschappelijke noemer is deze: wij zoeken mensen die beschikken over naastenliefde en noaberschap. Je zou het ook gewoon “burgerfatsoen” kunnen noemen, maar gek genoeg is dit, ook al zou het volstrekt normaal moeten zijn, toch iets wat weer onder de aandacht gebracht moet worden.’
‘De bewoners ondertekenen hiervoor een sociaal contract. Dat is een term waar sommige mensen de kriebels van krijgen, maar als je zakelijk wilt zijn moet je je ook neerleggen bij het besef dat alleen de zon vanzelf komt. Er staan twee verplichtingen in. De eerste is de plicht om naar elkaar om te zien, om bij je naaste buren een oogje in het zeil te houden: “Kan ik helpen met iets?” De andere plicht is het moeilijkst: durf zelf om hulp te vragen. We maken daarvoor een talentenboek met vaardigheden en hobby’s van bewoners, zodat het makkelijker en leuker wordt om om hulp te durven vragen.’
Zomerborrel Knarrenhof Zwolle Foto: © Stichting Knarrenhof
‘Ook moet er sprake zijn van wederkerigheid; daar letten we qua attitude wel op bij de intakegesprekken. Er komt niemand boetes uitdelen, maar als jij nooit een vinger hebt uitgestoken naar anderen, moet je niet verbaasd zijn als anderen jou ook niet helpen. Je hoeft niemand te verzorgen; daar zijn de professionals voor, al zijn er wel veel ouderenverpleegkundigen die zich melden voor onze projecten. Bij ons gaat het puur om een beetje aandacht. Daarbij is iedereen van waarde; goed kunnen luisteren of goed kunnen koffiezetten is óók een kwaliteit. En wie zich waardevol en gewaardeerd voelt, is gelukkiger – en gelukkige mensen worden gezonder oud. Een prachtige conclusie in de geldgedreven wereld waarin we leven is dat doorgaans gelukkige mensen het goedkoopst zijn voor de verschillende financiële systemen. Een bijzonder bijproduct van deze vorm van samenleven zou dus groot financieel voordeel moeten zijn; je bent waarschijnlijk – een niet onbelangrijk gegeven voor wethouders – goedkoper voor de Wmo en de zorgverzekeraar. Met een universiteit, een hogeschool, een gemeente en een ziektekostenverzekeraar gaan we dat nu monitoren. We moeten bewijs hebben om de boel aan het kantelen te brengen.’
Geen linkse hobby
Zijn gemeenten er gevoelig voor dat deze duurdere vorm van bouwen op termijn goedkoper en duurzamer is?
‘Ook de gemeente, in casu het grondbedrijf, gaat vaak in een eerste reflex voor maximale opbrengst. In een verkokerde manier van besturen, waarin de zorg een andere afdeling is met haar eigen budget, komt zo’n boodschap van besparingen in een ander domein te weinig aan. Het is echter geen linkse hobby wat wij doen, maar slim sociaal rentmeesterschap. In onze projecten bespaart de gemeente € 3,- per vierkante meter per jaar, oftewel € 750,- per woning. Voor Zwolle is dat met 48 woningen € 36.000 per jaar.’
‘We mogen niet klagen over de aandacht die we krijgen. Burgers en veel gemeenten zijn enthousiast geworden over het verhaal achter de Knarrenhof, al is het dan wel vaak die kant van de gemeente die niet over de locaties gaat. Ook is er politieke steun. Er komt via het rijk geld aan om burgerinitiatieven als de onze mogelijk te maken. In het programma Langer Thuis is daar inmiddels 340 miljoen voor uitgetrokken. Ik heb Hugo de Jonge, de minister van VWS, gevraagd om alstublieft geen subsidies te geven! Subsidiëring trekt namelijk louter adviseurs en beleidstypes aan, die het geld opmaken en vertrekken voordat er iets gerealiseerd is. Veel effectiever zijn leningen aan burgerinitiatieven die langer thuiswonen mogelijk maken. Dan geef je niet weg, maar investeer je. De overheid kan niet meer sturen, maar wel de motor starten en mobiliseren.’
Demografische transitie
Hebben burgers en de politiek voldoende oog voor de vragen die met ouderdom samenhangen?
‘Het paradoxale is – ik zei het eerder al – dat iedereen oud wil worden, maar dat niemand het wil zijn. We stellen vragen die te maken hebben met ouderdom uit, en vaak tot het moment dat het eigenlijk al te laat is om nog goede eigen keuzes te kunnen maken. Tegen burgers zeg ik vaak: “Denk vóór je pensioendatum na over de vraag hoe je je derde levenshelft wilt organiseren.” En bestuurders, politiek en pers moedig ik aan: “Bereid burgers op de toekomst voor. Wijs hen erop dat de overheid niet voor hen gaat zorgen en dat de markt ook niet met oplossingen zal komen. Verstop je niet achter mantelzorg door familie, want die is maar voor 16% van de mensen beschikbaar. Maak coöperatief woningaanbod mogelijk door burgers zelf. Mijn goedkoopste advies aan het rijk is: schrijf voor dat vanaf 2019 20% van alle nieuwbouw levensloopbestendig moet zijn, 30% van al het vrijkomend maatschappelijk vastgoed, en 40% van alle herbestemmingen en ontwikkeling in een straal van twee kilometer rond winkelcentra.’
‘Als de overheid echter in plaats daarvan “kiloknallers” blijft bouwen in de wijken, oftewel de standaard eengezinswoningen waar bouwbedrijven en gemeenten het makkelijkst het meest aan verdienen, dan slipt de woningmarkt nog verder dicht. Door een gebrek aan aanbod blijven zestigers die eigenlijk dolgraag zouden willen verhuizen, zitten waar ze zitten, namelijk in hun eengezinswoningen die niet levensloopbestendig zijn en vervolgens met veel Wmogelden verbouwd moeten worden. Als een deel van het aanbod levensloopbestendig wordt gemaakt, komt er weer beweging in de woningmarkt: het wordt aantrekkelijk voor zestigers om te verhuizen, en zo komen er weer eengezinswoningen vrij voor jonge gezinnen – juist ook in die wijken die nu grote behoefte hebben aan gezinnen met kinderen.’
© 2009-2024 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0167-9155
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.