Afschaffing dividendbelasting past bij het CDA
Samenvatting
In het regeerakkoord staat onder het kopje ‘Een concurrerend vestigingsklimaat’ vermeld dat Nederland een land is waar het voor ondernemingen aantrekkelijk is om zich te vestigen en van waaruit Nederlandse bedrijven handel kunnen drijven over de hele wereld.1 Hiervoor worden onder meer de volgende fiscale maatregelen voorgesteld:
‘Wij bevorderen het ondernemen met meer eigen vermogen en beperken de belastingvoordelen voor vreemd vermogen. Dat levert stabielere bedrijven en gezondere economische verhoudingen op, zeker bij tegenslag.’
‘Wij verlagen de Vennootschapsbelasting (VPB) en schaffen de dividendbelasting af waardoor bedrijven gemakkelijker eigen kapitaal uit het buitenland kunnen aantrekken en minder kwetsbaar worden voor vijandige overnames.’
Een regeerakkoord komt na lange onderhandelingen tot stand. Het CDA heeft veel van de eigen fiscale beleidsagenda verwezenlijkt, zoals de sociale vlaktaks. Inmiddels is er een heftig debat over één onderdeel ontstaan: de voorgenomen afschaffing van de dividendbelasting. Het fiscale pakket voor het bedrijfsleven moet echter wel in samenhang worden bezien met alle fiscale beleidsmaatregelen.
Verrekenbaar
Hierna zet ik een aantal argumenten uiteen waarom afschaffing past in een breder pakket om Nederland goed te positioneren als land waar ondernemingen welkom zijn:
De dividendbelasting is een voorheffing op de inkomstenbelasting of de vennootschapsbelasting voor in Nederland woonachtige belastingplichtigen, en geen eindheffing, zoals soms wordt verondersteld. De Nederlandse dividendbelasting is voor buitenlandse belastingen vaak verrekenbaar met de verschuldigde inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting in hun land. Soms is de dividendbelasting aftrekbaar als kosten, maar dat is dikwijls een omslachtige procedure. Indien verrekening of aftrek niet mogelijk is, vermindert de Nederlandse dividendbelasting het bruto-dividend van de belegger. De dividendbelasting verhoogt zo de kapitaalkosten, en daarmee is het aantrekken van eigen vermogen voor bedrijven fiscaal duurder gemaakt.
De opbrengst van € 1,4 miljard is niet zeker voor de toekomst. De dividendbelasting wordt door de Europese Commissie gezien als een kapitaalbelemmering in de interne markt van de EU. Om die reden is er ook geen dividendbelasting verschuldigd wanneer een dochtermaatschappij in een EU-land dividend uitkeert aan een moedermaatschappij in een ander EU-land. Inmiddels heeft het Hof van Justitie in Luxemburg in een aantal gevallen ook geoordeeld dat de dividendbelasting in strijd is met een van de vrijheden, namelijk de vrijheid van kapitaal. Er lopen nog vele andere zaken, en het lijkt dan ook een kwestie van tijd voor de dividendbelasting voor particuliere beleggers zal sneuvelen onder Europees recht.
Nederland is de zeventiende economie wereldwijd, met een bbp van naar schatting € 750 miljard in 2018. Qua bevolking zijn wij het 66e land. Onze economie is veel groter dan die van het gemiddelde land met deze omvang. Van oudsher huisvest ons land multinationals die overal in de wereld actief zijn. Deze multinationals zijn niet alleen beursgenoteerd, het gaat ook om bijvoorbeeld grote internationaal opererende familiebedrijven. Die bedrijven betalen elders al vennootschapsbelasting over de winst die in het andere land wordt gemaakt, net als de lokale concurrenten. Het CDA wil graag internationale bedrijven in Nederland hebben met reële economische activiteiten. Dat is goed voor toeleveranciers uit het groot- en uit het midden- en kleinbedrijf.
Een Brits bedrijf waarvan de aandelen op de beurs in Londen zijn genoteerd hoeft geen dividendbelasting in te houden. Na de brexit zal de concurrentiestrijd voor de vestigingsplaats van hoofdkantoren tussen het VK en Nederland nog heftiger worden. Daar komt bij dat de kapitaalmarkt in Londen veel groter is dan in Nederland. Meer dan negentig procent van de aandeelhouders van de grootste op de Nederlandse beurs genoteerde bedrijven woont dan ook buiten Nederland of is buiten Nederland gevestigd. Wil Nederland aantrekkelijk blijven voor de eigen hoofdkantoren of hoofdkantoren die zich hier willen vestigen, dan zal de afschaffing van de Nederlandse dividendbelasting geweldig helpen. Die hoofdkantoren zijn weer nodig omdat zij veel spin-off geven in de segmenten waarin zij actief zijn, zoals hightech, food, en staal en chemie. Dan gaat het om hoogwaardige Nederlandse werkgelegenheid, inclusief Research & Development-activiteiten enzovoort.
Laten we kortom eerst de uitgewerkte en goed onderbouwde voorstellen van de regering afwachten, voordat de afschaffing van de dividendbelasting met veel ronkende retoriek wordt neergesabeld door een deel van de oppositie. Het CDA moet de rust bewaren en zich niet laten verleiden tot een sterk ideologisch gekleurd debat over het schandelijke grootkapitaal. Het CDA ziet een onderneming als een belangrijke bron van werkgelegenheid, waarbij de ondernemingen een maatschappelijke verantwoordelijkheid hebben te dragen richting een grote groep belanghebbenden, en niet alleen de aandeelhouders. Aan de dividendbelasting zit overigens niets christendemocratisch, net zomin als aan hondenbelasting. Aan het eind van het jaar zullen wij de uitkomst van de democratische parlementaire besluitvorming kennen.
Noot
- 1.VVD, CDA, D66 en ChristenUnie, Vertrouwen in de toekomst. Regeerakkoord 2017-2021. Den Haag, 10 oktober 2017, p. 35.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0167-9155
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.