‘Laat gemeenteraadsleden ook gescreend worden’
Samenvatting
Willemijn van Hees is burgemeester (VVD) van Geertruidenberg en voormalig journalist. Veel hard nepnieuws ziet ze lokaal niet langskomen. Toch wordt ook in een dorp of stad het spel rond waarheid en leugen gespeeld. Een gesprek over communicatie, hoor en wederhoor, sociale media en integriteit op plaatselijk niveau. Van Hees: ‘Ik zeg altijd: spreek de waarheid, dan hoef je maar één verhaal te onthouden.’

Willemijn van Hees. Bron: Gemeente Geertruidenberg
Komt u veel nepnieuws tegen in uw werk als burgemeester?
‘Niet in de zin dat er heel bewust onjuiste informatie wordt verspreid. Wel dat we ook op lokaal niveau elkaar aanspreken op zaken die niet goed gaan, of uitspraken die gecorrigeerd moeten worden. En soms zie ik op Facebook iets waarvan ik denk: Dat klopt niet. Gisteren nog was er een brand in een schuur in Geertruidenberg. Een meisje beklaagt zich dan op Facebook dat volgens dagblad BN DeStem de brand ontstond doordat zij haar scooter aan het repareren was, terwijl dat niet het geval was. Vervolgens ontpopt zich een rel dat de krant onwaarheden schrijft, waarop een ander reageert dat het sowieso nooit klopt. Dat is wel de invloed van de moderne media: mensen krijgen nu zelf, buiten de traditionele media om, zó veel informatie dat een relletje snel geboren is. Maar meestal is het ook zo weer weg. Over het algemeen zien we dat onwaarheden zich heel snel weer corrigeren.’
Er wordt wel gesproken over de teloorgang van de lokale journalistiek, waardoor de lokale democratie een tegenmacht ontbeert. Ziet u dat ook in Geertruidenberg?
‘Nee. Nu moet ik wel zeggen dat wij in de gelukkige omstandigheid zijn dat een journalist van bn DeStem speciaal met de politieke verslaggeving van Geertruidenberg belast is en dit heel erg consciëntieus doet. Hij behandelt alle partijen even kritisch en vraagt ook door. Dat is heel anders dan de manier waarop de politiek in de lokale huis-aan-huiskrant De Langstraat aan bod komt. Dit krantje speelt ook een belangrijke rol, omdat iedereen het ontvangt, maar het bijzondere is dat politieke partijen hierin zelf rechtstreeks hun stukken kunnen plaatsen.’
Op die manier kunnen politici dus hun versie van de waarheid geven, alsof het een partijkrant is, en komt er geen kritische tussenlaag meer aan te pas?
‘Ik geef toe dat ik er in het begin ook wel aan moest wennen. Toch zie je dat ook hier zaken vanzelf weer in balans komen. Als de ene politicus onaardige dingen over een ander zegt, zie je een week later dat de ander daarop reageert. En ook als iemand claimt dat door hem of haar een voorstel in de gemeenteraad het heeft gehaald, zie je later reacties in de trant van: “Maar daar hebben wij ook aan bijgedragen.”’
Toch kan degene die het hardst schreeuwt of die het geslepenst in de communicatie is, als winnaar uit de bus komen.
‘Wat ik vooral lastig eraan vind is dat over het algemeen datgene groeit wat je aandacht geeft. Er kan een negatieve prikkel van uitgaan om de ander of diens positie wat zwarter te maken. Aan de andere kant zijn we er juist de afgelopen collegeperiode in geslaagd om minder ruzies te hebben dan voorheen. We proberen elkaar zo open en transparant mogelijk op zaken aan te spreken.’
Worden er tijdens raadsdebatten weleens onwaarheden over en weer verteld?
‘Dat is lastig te beantwoorden. Het gaat meestal over ideologie waarover je het niet met elkaar eens bent. Maar is het dan ook onwaar? Als voorzitter hecht ik wel aan een correcte manier van debatteren. We hebben afgesproken dat we het tegen elkaar zeggen als we ons als politici onheus bejegend voelen door de ander. Tijdens het presidium, het overleg van de fractievoorzitters, evalueren we altijd hoe de raadsvergadering is gegaan. Dan kunnen mensen zich dus uitspreken. Verder houden we minimaal eens per jaar met de raad een “haardvuursessie” om samen in een vertrouwde setting zaken uit te spreken waar dat nodig is. Daarnaast hebben we aan het eind van deze periode een grote haardvuursessie met raad en college georganiseerd waar een “raadstestament” is opgesteld; hierin is opgetekend wat goed gaat en wat beter zou kunnen, om over te dragen aan een nieuwe raad.’
Interview in het kort
- Dat politici in huis-aanhuisblaadjes burgers zonder journalistieke tussenkomst kunnen aanspreken is bijzonder, maar hoeft niet voor onbalans te zorgen
- Het is goed wanneer lokale politici naar elkaar uitspreken wanneer ze zich onheus behandeld voelen
- Waarheidsvinding is niet alleen een taak van de journalistiek, maar ook van de gemeenteraad
- Raadsleden moeten gescreend worden om de onderwereld geen kans te geven de raad te beïnvloeden
Is het voor een burgemeester moeilijk om zich altijd aan de waarheid te houden?
‘Het is vooral lastig om te bepalen wanneer je iets gaat vertellen en wanneer niet. Als college zijn we verplicht om de gemeenteraad altijd actueel en volledig over relevante onderwerpen in te lichten. Maar wat doe je als je nog niet alle informatie hebt? Ik merk dat andere gemeenten daar wat anders mee omgaan dan wij. Zij informeren pas als ze alle informatie over een onderwerp hebben en daar zeker van zijn. Ik sta meer op het standpunt om al eerder informatie te geven en er dan maar bij te zeggen dat we zelf ook nog niet alles weten. In sommige gevallen kiezen we er dan voor om er “Vertrouwelijk” bij te zetten, omdat informatie gevoelig kan zijn of onze eigen onderhandelingsposities in een dossier kan beïnvloeden. Maar daar gaan we terughoudend mee om. De regel is immers “openbaar, tenzij…”, en de wet is duidelijk wanneer dat wel en niet zo is.’
Over het algemeen zie je dat het aantal voorlichters bij overheden groeit, terwijl het aantal journalisten in de samenleving onder druk staat. Hoe is die balans in Geertruidenberg?
‘Het klinkt misschien gek, maar wij hebben eerder het idee dat de krant meer tijd heeft om zich ergens in te verdiepen en dat onze afdeling communicatie onderbezet is. Dit komt ook doordat er op het gebied van communicatie veel meer te doen is. We krijgen steeds meer vragen, zó veel zelfs dat het ons niet altijd lukt om binnen een dag te reageren.’
Hoe kijkt u aan tegen lokale initiatieven om de plaatselijke journalistiek meer body te geven via mediafondsen? Journalisten kunnen dan een aanvraag doen voor subsidie voor een project dat zij willen uitvoeren.
‘Ik weet het niet. Groot probleem lijkt me dat de politiek geld verschaft voor projecten die diezelfde politiek kritisch moeten bejegenen. Maar wat gebeurt er als de uitkomst de politici of mij als burgemeester niet bevalt? Nu kan ik nog de hoofdredacteur van bn DeStem bellen als ik denk dat een journalist een keer iets verkeerds doet, maar wie moet ik dan bellen? Mezelf?’
In principe wordt er een onafhankelijke stichting opgericht waarbij de aanvragen ingediend kunnen worden.
‘Maar dan nog lijkt het me een middel dat pas in beeld komt als alle andere opties onmogelijk zijn. Want wat voor mensen komen er in zo’n stichting? Journalisten? Politici? En wie beoordeelt die commissie op haar beurt?’
Lukt het lokale media in uw regio om zelfstandig, via eigen journalistiek handwerk, zaken boven water te halen?
‘Ik kan hier in Geertruidenberg niet zo snel wat noemen, maar in onze buurgemeente Oosterhout heeft bn DeStem veel geschreven over de burgemeester, die uiteindelijk wegens grensoverschrijdend handelen heeft moeten vertrekken. De krant is in het gat gesprongen omdat het stadhuis en de gemeenteraad zelf er geen onderzoek naar wilden doen. Als collegaburgemeester heb ik daar geen oordeel over, maar als voormalig journalist denk ik wel dat het goed is wanneer er mensen zijn die een kwestie durven te bespreken en te ontrafelen.’
Is de rol van de journalist in zo’n situatie anders dan die van de gemeenteraad?
‘Op zich niet. Waarheidsvinding is niet alleen iets van de onafhankelijke journalistiek, maar ook van de gemeenteraad als hoogste orgaan in de lokale democratie. Ik ben daarom ook blij dat wij hier heel kritische raadsleden hebben die zich niet met een kluitje in het riet laten sturen en echt precies willen weten waarom iets is misgegaan. De functie van volksvertegenwoordiger en die van journalist liggen erg in elkaars verlengde. Hoor en wederhoor zijn niet alleen goede principes in de journalistiek, maar ook in de gemeenteraad. Net als weten wat er speelt, goed luisteren en niet te snel oordelen. Dat laatste geef ik vaak als tip mee. Sommige raadsleden vinden het van daadkracht getuigen om snel met een geharnast standpunt te komen. Maar je zet jezelf vast en kunt niet meer van opvatting veranderen. Onderzoek eerst iets en bepaal dan pas je visie. En verder is het van belang mee te wegen wie iets zegt en welk belang hij daarbij kan hebben. Goed naar je bron kijken dus. Als er een inspraak komt tegen bijvoorbeeld een nieuwe weg, maakt het veel uit of een inspreker zelf belanghebbende is of dat hij elders woont en echt het milieu voor ogen heeft.’
Als het om waarheid gaat, kan ook de integriteit van politici en bestuurders van belang zijn. Speelt dat in Geertruidenberg?
‘Op zich niet, maar er is hier wel iets wat we in Nederland in zijn algemeenheid zeer goed moeten bekijken. Ik vind het een enorme lacune dat raadsleden niet gescreend worden. En dat terwijl ze als onderdeel van het hoogste orgaan wel de bevoegdheid hebben om mij als burgemeester het hemd van mijn lijf te vragen inzake orde en veiligheid en de strategie om misstanden aan te pakken. Los van of er aanleiding is in een gemeente om te denken dat de onderwereld de gemeenteraad wil binnenkomen of beïnvloeden, moeten we proberen te voorkomen dat zoiets gebeurt. Het is hier Brabant en er speelt van alles. Zo hebben we als gemeente een chaletpark opgekocht, omdat we wisten dat criminelen dat wilden gebruiken voor zaken als wapenhandel, witwassen en drugshandel. Ik heb de gemeenteraad zorgvuldig betrokken bij dat dossier en de raadsleden daarna op de hoogte gehouden. Dat is goed bevallen. Maar we kennen wel een moeilijke spagaat: enerzijds willen we dat het hoogste ambt van volksvertegenwoordiger voor iedereen toegankelijk is, anderzijds willen we vermenging van boven- en onderwereld voorkomen. Een burgemeester moet erop kunnen vertrouwen dat de gemeenteraad goed omgaat met dergelijke gevoelige informatie. Ik denk dat het daarom goed is als er, net als bij wethouders, iets van een screening van gemeenteraadsleden komt.’
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0167-9155
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.