‘Laat groepen aansluiting vinden bij onze gemeenschap’
Samenvatting
‘Mensen zijn behalve individuen ook deel van een gemeenschap. Die belangrijke christendemocratische notie behoeft zeker nu extra nadruk. In zijn HJ Schoo-lezing benadrukte Sybrand Buma terecht het belang van gemeenschap en traditie. Het was mooi geweest wanneer hij nog wat verder had ingezoomd op hoe onze identiteit kan bijdragen aan gemeenschapsvorming.’
‘De veelkleurigheid van overtuigingen en achtergronden van groepen mensen is een belangrijk deel van de Nederlandse traditie. Nederland heeft een verleden waarin godsdienstige verschillen een grote rol spelen en een traditie van verdraagzaamheid waarin de vrijheden op het gebied van geweten, godsdienst en meningsuiting een pijler vormen van de Nederlandse identiteit.’
‘Ons land is ontstaan uit een strijd om vrijheid. Willem van Oranjes ideaal van godsdienstvrijheid en tolerantie werd toen niet geheel gerealiseerd, maar de Nederlandse republiek werd wel een land van gewetensvrijheid. Een land dientengevolge waar velen heen vluchtten, zoals joden, hugenoten en vrijdenkende dissidenten. In een stad als Haarlem was begin zeventiende eeuw meer dan de helft van de bevolking migrant! Frans Hals en Spinoza horen helemaal bij onze eigen Nederlandse traditie. In de twintigste eeuw kreeg het eigen karakter van Nederland onder meer vorm in de verzuiling, die unieke verdeling van het maatschappelijk leven langs levensbeschouwelijke lijnen. De Nederlandse cultuur is open. Niet door te assimileren, maar door ruimte te laten voor eigenheid. Het hielp Nederland ook om te gaan met het gegeven dat het jarenlang (door Indonesië) het grootste moslimland ter wereld was.’

JOS WIENEN (1960)
***
‘Onmiskenbaar is er een probleem met migrantengroepen. Hoge werkloosheid en jeugdproblemen vragen aandacht. Maar omgekeerd geldt dat ook autochtone Nederlanders vaak op een andere manier participeren dan je graag zou zien. Negatief, teleurgesteld en boos. Rond de vluchtelingencrisis ben ik met een aantal van hen indringend het gesprek aangegaan: “Waarom zijn jullie zo tegen de opvang van vluchtelingen?” In de antwoorden ging het vaak over de straat die achteruitgaat: “Steeds meer mensen met psychische problemen, schulden, en buitenlanders. Geen werk, en ook geen hulp bij persoonlijke problemen. Getroffen door bezuinigingen, maar voor die vluchtelingen kan alles. Het zijn criminelen, gelukzoekers, mensen die hun vrouw en kinderen in de steek laten of hen juist meenemen op zo’n gevaarlijke tocht. En ons eigen land wordt ons afgenomen. Zwarte Piet mag niet meer!”’
‘Als groepen dreigen af te haken moeten we proberen ze juist aansluiting te laten vinden bij de gemeenschap. Of beter gezegd: om gemeenschap te laten ontstaan waar mensen er zelf aan willen en kunnen bouwen. Waar mensen ideeën hebben en verantwoordelijkheid voor elkaar nemen. Mensen doen ertoe en het is belangrijk dat ze ook het gevoel hebben dat dat wordt gezien en dat zij worden gezien. Maar we dienen ook oog te hebben voor afzijdigheid, apathie en eenzaamheid. Wij lossen dat als overheid niet op, maar we kunnen soms wel een zetje geven, ruimte scheppen en perspectief bieden.’
‘In Katwijk kon ik twee vergelijkbare groepen statushouders volgen. De ene groep deed mee met een pilot waarin huisvesting, opleiding in de zorg, intensieve begeleiding, taalles en een baangarantie bij succesvol afronden van de opleiding waren voorzien. De andere groep had eigen huizen, volgde de reguliere inburgeringscursussen en was zelf verantwoordelijk voor de taalcursus. Het verschil was gigantisch. De ene groep was vol energie, werkte hard en sprak snel redelijk goed Nederlands. De andere groep straalde onverschilligheid uit, klaagde over te weinig mogelijkheden, maar ondernam zelf ook weinig. Waar de overheid mensen hielp om met hun eigen kwaliteiten aan de slag te gaan, werden geweldige resultaten geboekt. Waar kansarme mensen geen stimulans kregen, nam hun afhankelijkheid van de overheid toe.’
***
‘Graag benadruk ik tot slot de rol van godsdienstige gemeenschappen, die veel liefdewerken verrichten. Niet ruimte voor eigenheid is het probleem, maar vijandschap tegen anderen en tegen de Nederlandse samenleving. Discriminatie van migranten en moslims is kwalijk. Het ondermijnt de goede wil. Maar juist vanuit die constatering is het goed om de moslimgemeenschap ook aan te spreken op onverdraagzaamheid in eigen kring. Aanpassing aan de vrije samenleving is noodzaak. Voor intolerantie tegenover het geloof van de ander is geen plaats.’
‘Juist de typisch Nederlandse ruimte voor verscheidenheid, gecombineerd met verdraagzaamheid, helpt om ook in deze verwarrende tijden om te gaan met veranderingen. De Nederlandse identiteit is geen gesloten boek of gestolde geschiedenis, maar een levende en zich ontwikkelende traditie. Het is belangrijk dat geboren Nederlanders en nieuwkomers samen een gevoel van verbondenheid met dit land en zijn cultuurgeschiedenis ontwikkelen.’
‘Wilhelmus van Nassouwe was ooit een vluchteling. Zijn lied als ons volkslied geeft de Nederlandse identiteit extra lading en perspectief. Het is een prachtig symbool van zowel onze nationale gemeenschap als van ruimte voor de eigenheid van heel diverse groepen binnen die ene samenleving.’
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0167-9155
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.