Laudato Si’, de Rerum Novarum van de ecologie?
Samenvatting
De nieuwe encycliek Laudato Si’ zou weleens de Rerum Novarum van de ecologie kunnen worden. Voor het CDA is deze pauselijke brief een spiegel. Nodig is een ‘ecologische bekering’. De klimaatverandering, de wegwerpcultuur en de onverschilligheid zouden hoog op de politieke agenda geplaatst mogen worden.
‘Er woonden eens twee mannen in dezelfde stad, een rijke en een arme.’ Zo begint de parabel die de profeet Natan vertelt aan koning David.1 De rijke man had rijkdom in overvloed – schapen, geiten en runderen. De arme man had niet meer dan één lammetje, dat hij koesterde en dat opgroeide in zijn gezin. ‘Hij had het lief als een dochter’, zo vertelt de profeet. De rijke man kreeg op een dag gasten. In plaats van een keuze te maken uit zijn eigen royale veestapel, ontneemt hij de arme man zijn enige lammetje en serveert dit aan zijn gasten.
De verontwaardiging die dit verhaal bij koning David oproept, loopt als een rode draad door de Bijbel heen. In de profetische traditie zijn tal van aanklachten te vinden tegen sociaal onrecht. Je zou het hartstocht voor het goede leven kunnen noemen. Hartstocht is de essentie van religie, zo betoogt Erik Borgman.2 Hartstocht zet mensen in beweging om rechtvaardige verhoudingen te realiseren en op te komen voor wie/wat zwak en gemarginaliseerd is. Deze hartstocht bracht paus Leo XIII ertoe zijn encycliek Rerum Novarum te schrijven, waarin hij het arbeidersvraagstuk – de sociale kwestie van die tijd – centraal stelt. Rerum Novarum wordt beschouwd als de geboorte van de katholieke sociale leer, het leerstellige antwoord van de kerk op sociale vraagstukken.
De encycliek Laudato Si’ van paus Franciscus is een nieuwe, indrukwekkende toevoeging aan de sociale leer van de kerk en zou weleens de Rerum Novarum van de ecologie kunnen worden.3 Deze rondzendbrief handelt over de ‘zorg voor ons gemeenschappelijk huis’ en zet de ecologische crises van klimaatverandering en afnemende biodiversiteit centraal. De publicatie komt op een belangrijk moment, namelijk in de aanloop naar de klimaatconferentie in Parijs aan het eind van dit jaar. NASA-klimaatwetenschapper Gavin Schmidt merkte op dat ‘de pauselijke encycliek een grotere impact zal hebben dan de onderhandelingen van Parijs’. Wie de encycliek leest, merkt dat de hartstocht en het temperament van deze paus van elke bladzijde af spat, maar dat de inhoud tegelijkertijd helemaal in lijn is met wat zijn voorgangers reeds zeiden.
***
De paus begint zijn rondzendbrief met een overzicht van wat wetenschappers vertellen over de ecologische staat van onze aarde. Hij stelt met hen vast dat klimaatverandering een zeer urgent probleem is en dat de mens een belangrijk aandeel heeft in de oorzaak daarvan. ‘Climate change is a global problem with grave implications: environmental, social, economic, political and for the distribution of goods. It represents one of the principal challenges facing humanity in our day’ (20). Opwarming van de aarde tast de beschikbaarheid van essentiële hulpbronnen aan, zoals drinkwater en energie, resulteert in lagere gewasopbrengsten in warmere gebieden en zorgt voor het uitsterven van een deel van de biodiversiteit van de planeet. Smeltend poolijs zorgt voor het vrijkomen van methaangas, een zeer sterk broeikasgas. Het verlies aan tropische bossen maakt de situatie nog nijpender. Oceanen verzuren in een hoog tempo, met alle desastreuze gevolgen voor het leven daarin. ‘If present trends continue, this century may well witness extraordinary climate change and an unprecedented destruction of ecosystems, with serious consequences for all of us’ (24).
Klimaatverandering, schaarste aan drinkwater en afnemende biodiversiteit treffen de armen het meest, terwijl zij de minste mogelijkheden hebben zichzelf en hun kinderen te beschermen. Daarmee stuiten we op een van de kerngedachten van deze encycliek: de ecologische crisis is nauw verbonden met een sociale crisis. ‘Today, however, we have to realize that a true ecological approach always becomes a social approach; it must integrate questions of justice in debates on the environment, so as to hear both the cry of the earth and the cry of the poor’ (49). De sociale crisis bestaat eruit dat een klein deel van de mensheid zich het grootste deel van de opbrengsten van de aarde toe-eigent en daarbij geen rekening houdt met de gevolgen van deze niet-volhoudbare, consumptieve levensstijl voor hun ‘broeders en zusters’ in andere delen van de wereld. ‘These situations have caused sister earth, along with all the abandoned of our world, to cry out, pleading that we take another course. Never have we so hurt and mistreated our common home as we have in the last two hundred years’ (53).
***
Hoe heeft het zover kunnen komen? Het is vooral de analyse van de oorzaken van deze ecologische en sociale crisis die deze encycliek haar gewicht geven. In deze analyse grijpt de paus terug op de katholieke sociale leer zoals deze is vormgegeven door zijn voorgangers. In de eerste plaats wijst de paus erop dat de enorme toename van geavanceerde technologie niet alleen de levensstandaard van velen heeft verbeterd, maar ook een groot risico is wanneer zij in de handen ligt van enkelen. Dat geeft hun een enorme macht, maar het is niet vanzelfsprekend dat deze macht ook goed gebruikt wordt. ‘Our immense technological development has not been accompanied by a development in human responsibility, values and conscience’ (105). Door de ‘globalisering van het technocratische paradigma’ is de mens daarnaast op ramkoers gekomen met zijn natuurlijke omgeving. ‘This paradigm exalts the concept of a subject who, using logical and rational procedures, progressively approaches and gains control over an external object’ (106). De methoden van wetenschap en technologie zijn ons wereldbeeld gaan beheersen, waarmee andere houdingen, zoals die waarin de schepping en de medemens als een gave worden beschouwd en een intrinsieke waardigheid hebben, in de knel kwamen. De gevolgen van dit reductionisme zijn terug te zien in de ecologische en sociale crises.
We hebben daarom een andere manier van kijken en denken nodig. Allereerst moeten we erkennen dat wij mensen deel uitmaken van de schepping: ‘Nature cannot be regarded as something separate from ourselves or as a mere setting in which we live. We are part of nature, included in it and thus in constant interaction with it’ (139). Dat dwingt ons ertoe om het functioneren van de samenleving en haar impact op haar natuurlijke omgeving integraal te bekijken. ‘We are faced not with two separate crises, one environmental and the other social, but rather with one complex crisis which is both social and environmental’ (139). Bescherming van het milieu is geen extraatje, maar moet een integraal onderdeel zijn van de ontwikkeling van de samenleving.
***
Van politici wordt de moed gevraagd zich te richten op de lange termijn en het welzijn van allen. ‘True statecraft is manifest when, in difficult times, we uphold high principles and think of the long-term common good’ (178). Het naïeve geloof in de ‘magische’ werking van de markt moeten we loslaten, schrijft de paus, want is het realistisch om te verwachten dat de markt de milieuproblemen uit zichzelf oplost? Daarnaast moeten we het begrip ‘vooruitgang’ herdefiniëren. ‘A technological and economic development which does not leave in its wake a better world and an integrally higher quality of life cannot be considered progress’ (194). Hoewel internationale klimaatconferenties zelden tot moedige, bindende afspraken hebben geleid, pleit de paus er toch voor om de internationale dialoog voort te zetten. Een mondiaal probleem kan niet zonder een mondiale consensus ten aanzien van de oplossingen; unilaterale maatregelen van landen zullen niet voldoende zijn. Van de geïndustrialiseerde, welvarende landen mag een grotere inspanning verwacht worden in het oplossen van het klimaatprobleem, dat zij voor een belangrijk deel hebben gecreëerd. Gelukkig kan bij jongeren een nieuwe ‘ecologische sensitiviteit’ worden waargenomen, maar het blijft moeilijk voor hen om een andere levensstijl te ontwikkelen wanneer zij opgroeien in een ‘omgeving van extreem consumentisme’. Het is daarom van groot belang om in te zetten op milieueducatie waarin niet alleen gekeken wordt naar de wetenschappelijke aspecten van de ecologische crisis, maar die ook een kritiek inhoudt op ‘the “myths” of a modernity grounded in a utilitarian mindset’ (210). Het gezin speelt daarin een belangrijke rol. Tot slot bepleit de paus spiritualiteit en een levensstijl van soberheid en eenvoud. ‘Less is more.’ Een sober leven is bevrijdend, geeft ruimte om van kleine dingen te genieten en is gefocust op relaties. ‘Happiness means knowing how to limit some needs which only diminish us, and being open to the many different possibilities which life can offer’ (223).
***
Als de encycliek iets duidelijk maakt, is het de verontrustende omvang van de ecologische crisis en de morele crisis die daaraan ten grondslag ligt. De gepresenteerde analyse van de ecologische crisis reikt tot in het hart van de mens en de cultuur. Wat nodig is, is een ‘ecologische bekering’. Het is de hartstocht voor het goede leven die paus Franciscus ertoe brengt onze wegwerpcultuur te veroordelen, fel te protesteren tegen een doorgeschoten marktideologie en een globalisering van de onverschilligheid.
Laudato Si’ is tevens een spiegel die het CDA wordt voorgehouden. Het christendemocratisch gedachtegoed is voor een belangrijk deel geïnspireerd door het katholiek sociaal denken. Wie de kernwaarden van het CDA naast de katholieke sociale leer legt, ziet direct de overeenkomsten. Pijnlijk is het dan ook als de Theoloog des Vaderlands, bisschop De Korte, het CDA verwijt de christendemocratie te versmallen tot ‘minder overheid en lagere belastingen’.4 Het CDA kan een flinke scheut katholiek of christelijk sociaal denken – terug naar onze bronnen! – goed gebruiken. De christendemocratie komt voort uit een traditie waarin grote maatschappelijke vraagstukken recht in het gezicht worden gekeken en waarin gezocht wordt naar antwoorden daarop vanuit de gedachte dat elk mens – hier en elders, nu en later – recht heeft op een menswaardig bestaan. Klimaatverandering is een van de grootste problemen waarvoor de menselijke beschaving staat. Van het CDA mag verwacht worden dat het daarom dit probleem hoog op zijn politieke agenda zet en alle denkkracht in de partij mobiliseert om een christendemocratisch antwoord te formuleren en dit daadwerkelijk in beleid omzet. We zijn dat verplicht aan ons gedachtegoed, maar ook aan onze kinderen. De generaties na ons zullen hard oordelen als wij klimaatverandering niet zo veel mogelijk beperken. Aldus de topman van Shell. Nota bene!
Noten
- 1.2 Samuel 12.
- 2.Monic Slingerland, ‘Erik Borgman: Overlopen naar de barbaren’, Trouw, 20 mei 2011.
- 3.Mark Van de Voorde, ‘De encycliek van Franciscus zou wel eens de Rerum Novarum van de ecologie kunnen worden’, De Morgen, 17 juni 2015.
- 4.Jelle Brandsma en Gerrit-Jan Kleinjan, ‘Een lesje katholiek denken’, Trouw, 8 april 2015.
© 2009-2024 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0167-9155
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.