‘Het grote gevaar is het wensdenken’
Samenvatting
‘Laat er geen misverstand over bestaan: ik sta achter de keuze om te decentraliseren. Alleen is de tijdspanne waarin alles gerealiseerd moet worden enorm kort. Als gevolg daarvan worden gemeenten geconfronteerd met een onmogelijke opdracht. Ze moeten in heel korte tijd, namelijk een halfjaar, waarin nog heel veel dingen onduidelijk zijn, zich beleidsmatig voorbereiden en hun organisatie daarop inrichten. Je ziet ook dat veel gemeenten worstelen met de budgettaire ruimte. Er is kortom nog veel onduidelijkheid en onzekerheid.'
Jan de Vries (1965)
***
‘De veranderingen treffen kwetsbare burgers die vaak nog niet kunnen overzien wat de gevolgen voor henzelf zullen zijn. Bij mee ondersteunen we mensen met een beperking. Zij krijgen waarschijnlijk op alle onderdelen van hun leven te maken met veranderingen. Afhankelijk van hun leeftijd vallen ze onder het jeugdstelsel, ze krijgen te maken met de Wmo of de nieuwe Wet langdurige zorg (Wlz) – of soms allebei – en ze worden geconfronteerd met de nieuwe Participatiewet. Ze kunnen niet goed beoordelen wat die veranderingen precies gaan betekenen.’
‘Dat levert veel onrust en vragen op. Ze hebben vragen als de volgende: Waar val ik straks onder, onder de Wmo of de Wlz? Waar ligt de verantwoordelijkheid, bij het zorgkantoor of bij de gemeente?’
‘Veel van onze cliënten wonen thuis, waar ze zorg, ondersteuning en begeleiding krijgen. Overdag werken ze in de sociale werkvoorziening of gaan ze naar de dagbesteding. Vaak doen meerdere gezinsleden een beroep op zorg of ondersteuning. Dat wordt voor hen, ondanks alle goede intenties, heel spannend.’
‘Het grote gevaar is dat het wensdenken gaat overheersen. De beweging naar maatwerk, zorg en ondersteuning dichter bij burgers organiseren is goed. Het is goed om een appel te doen op zelfredzaamheid en verantwoordelijkheid voor elkaar. Maar dat is niet bij iedereen gemakkelijk te realiseren.’
‘Het duurt meerdere jaren om deze cultuuromslag te realiseren. Mensen willen namelijk liever helemaal niet afhankelijk zijn. Als je meer zelfredzaamheid wilt bevorderen, moet je dat ook ondersteunen. Het versterken van de eigen kracht en het organiseren van netwerken om mensen heen met vrijwilligers en mantelzorgers gaat niet vanzelf.’
‘Gemeenten zijn nog niet allemaal zover dat ze daarin investeren. Om een voorbeeld te noemen. Gemeenten kiezen nu vaak voor het opzetten van sociale wijkteams. Ze kiezen veelal voor een eenduidig model dat ze van elkaar kopiëren. Deze wijkteams worden gezien als dé oplossing. De vraag is echter of je daarmee alle maatschappelijke vraagstukken en doelgroepen bereikt en kunt ondersteunen. Het idee achter de decentralisaties was juist meer diversiteit en maatwerk, maar door de tijdsdruk zie je in de inrichting en vormgeving heel veel uniformiteit. Gemeenten kiezen voor risicobeheersing. De financiële agenda is daarin helaas dominant. Ik hoop dat 2015 een overgangsjaar wordt en dat er op de lange termijn meer ruimte komt voor diversiteit en maatwerk.’
***
‘De decentralisaties zijn ook een kans. Ze bieden kansen voor bijvoorbeeld mensen die nu nog in de sociale werkvoorziening zitten om te gaan werken bij reguliere bedrijven en instellingen. We zien toenemende bereidwilligheid bij hen om zich maatschappelijk verantwoord op te stellen. Daar ligt wel een zorgpunt. Instrumenten om passend werk te kunnen vinden en te behouden zijn niet gegarandeerd in de Participatiewet. Dat levert ook hier vragen op. Want, wat betekent het voor een bedrijf? Wat voor ondersteuning hebben mensen met een beperking nodig? En, wat betekent het voor de andere werknemers? Hierin werken we als MEE samen met het UWV en gemeenten. Het UWV beoordeelt de arbeidsmogelijkheden en adviseert over de noodzakelijke aanpassingen op de werkplek, en wij trainen collega’s in het omgaan met beperkingen en ondersteunen op de bijkomende aspecten, die ook de thuissituatie raken.’
‘Wat we zien, en waar we bij kunnen ondersteunen, is dat de kans op succesvol participeren toeneemt als de thuissituatie op orde is. Dus als mensen een gestructureerd leven hebben zonder schulden, in een goede woonsituatie en met een gezonde leefstijl.’
‘Er zal een groep tussen wal en schip vallen, mensen die bijvoorbeeld zelf de weg niet weten te vinden richting de verschillende instanties of die onbedoeld slachtoffer worden van de systeemwijzigingen. Daarom is het goed dat ook mensen die niet direct zelf zorg ontvangen op de hoogte zijn van de mogelijkheden van onafhankelijke cliëntondersteuning, zoals MEE die biedt. Buren, vrijwilligers, mantelzorgers, ambtenaren en professionals kunnen wanneer zij zich zorgen maken over de continuïteit van zorg en ondersteuning, daarnaar verwijzen.’
***
‘Gemeenten zijn nu heel erg bezig met de technische inrichting en organisatie van hun nieuwe verantwoordelijkheid. Het is vooral belangrijk dat gemeenten openstaan voor signalen, bijvoorbeeld vanuit cliëntenorganisaties, en dat ze zich afvragen of er geen mensen tussen wal en schip vallen. Als dat wel gebeurt, moeten gemeenten bereid zijn om meteen maatwerk te leveren en hun beleid bij te stellen of de organisatie aan te passen. Alleen dan kun je op deze korte termijn deze decentralisaties verantwoord organiseren.’
© 2009-2024 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0167-9155
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.