Intro
Samenvatting
Er is iets paradoxaals aan de hand als het gaat om onze overheid. Enerzijds heerst het gevoel dat zij het massaal laat afweten: de stikstofcrisis, het gebrek aan woningen, de staat van het defensiematerieel … Kunnen ze er nog wel wat van, daar in Den Haag? Tegelijk is er kritiek dat de overheid juist te opdringerig is geworden. In het onderwijs en in de zorg, maar ook in de landbouw is men het bureaucratische toezicht zat: kunnen en mogen we nog wel gewoon boer, verpleegkundige of docent zijn, vanuit onze professionaliteit het goede zoekend?
De titel van deze nieuwe Christen Democratische Verkenningen luidt Waartoe is de overheid op aarde?, en in die vraag zit een diepe, haast religieuze klank verscholen. Toch is de teneur in deze CDV dat juist de gedachte dat we van de politiek of overheid op aarde het heil moeten verwachten, gevaarlijk is. De Vlaamse conservatieve christendemocraat Frank Judo wijst er in een interview op dat de secularisering van de afgelopen eeuw met een opvallend fenomeen gepaard is gegaan: hoe minder religieus mensen werden, hoe meer ze de perfectie, die voorheen aan Boek of Opperwezen werd toegedicht, van de overheid zijn gaan verwachten, die de nieuwe alfa en omega is geworden. En dat kan slecht uitpakken. Want – en daar wijst onder anderen Paul Frissen op – die overheid is zich, omdat er veel van haar verwacht werd, gaan gedragen als een dealer die de verslaafde samenleving aan het lijntje houdt.
En zo zitten we in een paradoxale situatie: de overheid heeft de afgelopen jaren met de mond beleden dat ze zich terugtrekt en veel aan de markt overlaat, omdat deze de burgers het meeste voordeel zou opleveren. Maar ze heeft zich tegelijkertijd met argusogen en allerlei controlemechanismen ontpopt als een vette toezichthouder, die niets aan het toeval wil overlaten. ‘De terugtredende overheid werd almaar groter’, constateert Frissen dan ook scherp.
Conservatisme
De christendemocratie en het conservatisme – een relatie die niet alleen in het interview met Judo maar ook in het artikel van Matthijs Kronemeijer wordt onderzocht – zijn beide geen religieuze visies in de zin dat geloofsovertuigingen van doorslaggevend belang zijn voor de politieke filosofie. Tegelijk hebben beide wel degelijk oog voor het religieuze aspect van de mens, omdat ze beseffen dat wie de positieve maar soms ook ontwrichtende kracht van godsdiensten veronachtzaamt, niet alleen ziende blind is maar ook deze krachten op de overheid als systeem of op individuele politieke verlossers kan projecteren. En we weten allemaal hoe desastreus het kan uitpakken als systemen maar ook individuen steeds meer absolute macht krijgen.
Een nieuwe blik op de overheid zal dan ook moeten beginnen met een inzicht dat zowel in christendom als in conservatisme opgeld doet: de wereld is niet volmaakt en zal dat ook nooit worden, zoals Hans Borstlap in dit nummer verwoordt. Judo spreekt zelfs van een ‘pessimistisch mensbeeld’, aangezien mensen tot slechte dingen in staat zijn. Dat betekent natuurlijk niet dat mensen niet juist ook prachtige dingen kunnen doen, maar de erkenning dat zowel overheden als personen en organisaties fouten kunnen maken, haalt veel kramp, onredelijke verwachtingen maar ook overdreven regelzucht weg. Het leert de overheid zich in te houden: ook háár systeem kan falen.
Populisme
We leven in spannende tijden: geopolitiek met de Russische dreiging, die zeker in de Baltische staten aan den lijve wordt ondervonden, en de dit jaar te houden presidentsverkiezingen in de VS. Maar ook in politiek Nederland, waar voor het eerst een coalitie met een ondemocratische populistische partij als grootste een kabinet formeert. Het volk heeft gekozen en naar het volk moet geluisterd worden, zoveel is zeker. Maar dat houdt niet in dat er geen gevaar schuilt in een knieval voor een populistische partij die de meeste stemmen heeft gehaald. Het feit dat zowel PVV als CDA zich met de term ‘conservatief’ tooit, betekent niet dat er in dit opzicht enige overeenkomst tussen beide is. Populistisch conservatief is zelfs een contradictio in terminis, analyseert Judo, aangezien conservatieven niets hebben met een vermeende wijsheid die aan de massa gegeven zou zijn. Juist die argwaan en de erkenning dat het hier op aarde geen hemel zal worden, geven ruimte aan de roeping van de mens om toch het goede te zoeken. Niet in de verwachting dat één politicus of sterke man (dan wel vrouw) verlossing zal brengen, wel met hoop en vertrouwen dat we er, gegeven de omstandigheden, het beste van maken, omdat er iets is wat sterker is dan onze eigendunk en fouten.
Die wat dubbele houding – de mens maar ook de overheid is niet enkel goed óf fout – is internationaal eveneens van belang, nu dit jaar Europese verkiezingen worden gehouden. Ook hier geldt een groot verschil tussen christendemocratisch conservatisme en radicaal-rechts conservatisme. Waar het laatste de Europese Unie hekelt, een nexit voorstaat en de natie als het een en al ziet, kijkt het eerste veel genuanceerder naar Europa. Christendemocraten hebben de EU mede vormgegeven, niet omdat ze een heilstaat wilden bouwen, maar juist omdat ze wisten dat landen, mensen en systemen tot gruwelijkheden in staat zijn. Waar populisten een van nature negatieve grondhouding tegen Europese regelgeving en internationaal recht hebben, beseffen christendemocraten dat we ook internationaal elkaar nodig hebben. Niet om een vermeend christelijk Europa te promoten – zie hiervoor de bijdrage van Kronemeijer –, wel om een vrij en veilig, maar zeker ook een democratisch en pluralistisch Europa te verdedigen met waarden die juist, maar niet uitsluitend, via het christendom en de christendemocratie zijn gevormd.
Ondertussen zullen we hier in Nederland onze handen vol hebben aan het grillige politieke klimaat. In de rubriek ‘Dwars’ een debat over de voor- en nadelen van een extraparlementair kabinet, waar columnist Ferdinand Grapperhaus eveneens woorden aan wijdt. Ook het CDA zal zich moeten bezinnen op de rol die het de komende tijd zal spelen. Niet alleen in de dagelijkse politieke praktijk tegenover een kabinet waarin de partij niet vertegenwoordigd is, maar ook over de vraag hoe ze weer het vertrouwen kan winnen van grote delen van de bevolking. Volgens Borstlap is de recente electorale afstraffing in die zin een verheugend signaal, omdat het aangeeft dat de partij haar geboortepapieren verwaarloosd heeft maar daarnaar weer kan terugkeren. Hij doet aanzetten om de partij qua overtuiging en organisatie weer op te bouwen vanuit ‘de klassieke grondbeginselen van de christendemocratie’.
Profetisch
In deze CDV dragen we hieraan bij. Belangrijk is daarbij op te merken dat de christendemocratie niet enkel conservatief of behoudend is, maar ook iets profetisch in zich draagt, zoals Judo aangeeft. Algauw klinkt het dan dat de christendemocratie twee flanken heeft, een wat rechts-conservatieve en een wat links christelijk-sociale. Maar ook hier is geen sprake van een dichotomie, alsof iemand óf tot de ene óf tot de andere flank behoort dan wel moet behoren. Vaak is het een gesprek binnen de partij en zelfs binnen christendemocraten, waardoor we elkaar en onszelf bevragen om uiteindelijk het goede te zoeken en te besluiten.
Aan die zoektocht, soms met haast ‘profetische’ analyses en beschouwingen, doen we als CDV graag mee. Lees de behartigenswaardige column van Joke van Saane over ‘sociale veiligheid’ en het artikel van Jan van der Stoep over de waarde van rentmeesterschap er maar op na.
© 2009-2024 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0167-9155
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.