‘Kosten en baten van decentralisatie beter in kaart brengen’
Samenvatting
‘De nationale overheid verliest taken aan de gemeenten en aan Europa. Maar waant zich ondertussen het middelpunt van het heelal. Onder het mom van “systeemverantwoordelijkheid” wil ze achter de schermen nog steeds aan de touwtjes trekken. En ondertussen worden over decentralisatie maar mondjesmaat de goede vragen gesteld.’
‘De eerste vraag is: wordt er wel werkelijk gedecentraliseerd? Gemeenten krijgen wel meer taken en op sommige gebieden meer beleidsvrijheid, maar ze worden aan de andere kant veel meer gecontroleerd, gemonitord en ter verantwoording geroepen.’
‘De tweede vraag is: naar wie wordt gedecentraliseerd? Mijn indruk is dat er bij de laatste decentralisatieoperatie gedecentraliseerd is naar gemeenten die er nog niet waren, maar er hadden moeten komen door opschaling. Opschaling gaat uit van de gedachte dat schaalvergroting geld oplevert, maar dat is niet zo. Aan de andere kant: veel kleine gemeenten kunnen het takenpakket maar moeilijk aan, vandaar de groei van allerlei samenwerkingsverbanden. Van het idee dat de gemeente maatwerk levert, blijft in zo’n samenwerkingsverband echter niet veel over. De druk tot uniformering is groot, anders wordt het veel te duur. Bovendien is het kostenbewustzijn bij samenwerkingsverbanden kleiner dan bij gemeenten. Zo is er niet alleen sprake van een “democratisch gat”, maar ook van een “economisch gat”.’

Maarten Allers (1964)
‘De derde vraag is: wat is het doel van de decentralisatie? Ontdaan van alle retoriek lijkt het vooral een veilige manier te zijn geweest om bezuinigingen door te voeren zonder dat iemand daarop kan worden aangesproken. De nationale overheid kan doorverwijzen naar de gemeente, en de gemeente kan “Den Haag” de schuld geven vanwege het tekort aan middelen, waaraan de nationale overheid dan zogenaamd ook niets kan doen vanwege de Europese begrotingsnorm van drie procent. Niemand heeft het gedaan en Brussel zit met de zwartepiet.’
***
‘Wat zou helpen is vergroting van het eigen belastinggebied én gemeentelijke vrijheid om daarbij de eigen tarieven te kunnen vaststellen. Dat kan een einde maken aan het zwartepieten en het kostenbewustzijn van burgers vergroten. Mensen hebben nu geen idee hoeveel belastingen ze betalen en waaraan, maar zij moeten eigenlijk de kosten en baten tegen elkaar kunnen afwegen. Als dat niet gebeurt, is het einde zoek. Dan zeggen mensen: “Kom maar op met die voorzieningen, met meer zorg, bredere wegen.”’
‘Iedere commissie die ernaar gekeken heeft, is voor vergroting van het gemeentelijk belastinggebied, daar is geen discussie meer over. Iemand moet het alleen nog gaan doen en daar zit nu net het probleem. Tweede Kamerleden zien het als politieke zelfmoord om daarmee akkoord te gaan. Ze snappen heel goed dat het een goed idee is, maar willen dat anderen het regelen en de modder van kranten als De Telegraaf over zich heen krijgen.’
‘“Die gemeentelijke belastingen zijn al heel hoog en rijzen de pan uit”, zo luidt de publieke opinie van Wakker Nederland. Geheel ten onrechte, want de lokale belastingen zijn verhoudingsgewijs juist erg laag: slechts negen procent van de begrote uitgaven komt uit eigen belastingen. In andere landen is dat tientallen procenten of hoger.’
‘Het punt is: de gemeentebelasting is heel transparant. Je krijgt een acceptgiro die je moet betalen. Daarom is het ook zo’n goede belasting. Maar omdat die transparantie bij het Rijk helaas veel beperkter is, lijkt het alsof die hetze nog terecht is ook! Je moet dus goed laten zien dat de landelijke inkomstenbelasting tegelijkertijd omlaag kan gaan. Dat je niet méér gaat betalen, maar ánders. Dat is een boodschap die burgers best kunnen begrijpen. Het vergroten van het gemeentelijk belastinggebied kan niet alleen het democratische gat dichten, maar ook het economische gat, doordat afwentelgedrag wordt voorkomen en kostenbewustzijn wordt vergroot.’
***
‘Het feit dat decentralisatie ook regionaal verschil oplevert, kan echter op minder begrip rekenen. Mensen accepteren verschillen als het om algemene voorzieningen zoals de straatlantaarns gaat, maar bij persoonlijke diensten, zoals de zorg, is de tolerantie daarvoor nul. Maar een groot deel van de zorg is nu wel gedecentraliseerd. De potentiële voordelen daarvan zijn er alleen als gemeenten ook daadwerkelijk verschil mogen maken, anders kun je er beter niet aan beginnen.’
‘Er is bovendien een ingebakken neiging om steeds meer te gaan decentraliseren. Gemeenten waren verantwoordelijk voor de bijstand, maar niet voor de Wajong. Het is dan financieel aantrekkelijk om mensen met een vlekje in de Wajong te zetten en de kosten af te wentelen. Daarom is ook de Wajong naar de gemeente gegaan. Maar dan doemen er onherroepelijk weer domeinen op die ontschot moeten worden, zoals de zorg.’
‘We moeten vooraf de doelen, kosten en opbrengsten van dit soort fundamentele bewegingen beter in kaart brengen. Gedoe komt er toch, maar dan weten we in elk geval waarover.’
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0167-9155
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.