Ter introductie
Samenvatting
‘DIT ZIJN DE NAMEN VAN DE ZONEN VAN ISRAëL…’ Zo begint het Bijbelboek Exodus. De vluchtelingen die Tommy Wieringa in zijn meeslepende roman Dit zijn de namen door een onbestemde steppe laat dwalen, zijn aanvankelijk naamloos. ‘De jongen’, ‘de vrouw’, ‘de Ethiopiër’, worden ze genoemd. Gedesoriënteerd en uitgehongerd dolen ze rond, op zoek naar een beter leven, een nieuw begin. Hoe kan in deze wereld, waaruit alle orde en betekenis is verdwenen, weer iets van betekenis en samenhang ontstaan?
Met het huidige vluchtelingenvraagstuk dringt de wereld van de wanorde zich op aan de wereld van de orde, schreef Thomas Friedman in The New York Times. En we hebben er geen antwoord op. De machteloosheid regeert. Omdat we in ons hoofd van onze eigen wereld een aangeharkte tuin geconstrueerd hadden, en die wereld ineens een wildernis blijkt te zijn? Omdat we zelf geen betekenis kunnen ontwaren in een wereld die op de vlucht is? Omdat we de gematigde, verbindende krachten missen?
***
Het vluchtelingenvraagstuk dreigt nieuwe scheidslijnen te trekken; tussen Nederlanders en nieuwkomers en tussen de voor- en tegenstanders van een ruimhartig vluchtelingenbeleid. Hoe kan de balans worden gevonden tussen enerzijds de morele eis om een veilige haven te bieden aan mensen in nood en anderzijds de noodzaak om rekening te houden met de draagkracht van en het draagvlak onder de Nederlandse bevolking? Dat is de hoofdvraag voor deze CDV-bundel.
Aan de hand van vijf delen worden antwoorden gezocht. Een eerste aanknopingspunt ligt in ‘De ethiek van het vluchtelingenbeleid’, zoals de titel van het eerste deel luidt. Barmhartigheid en rechtvaardigheid worden in het publieke debat dikwijls tegenover elkaar geplaatst, alsof de barmhartigheid er is voor degenen in nood en de rechtvaardigheid omwille van de Nederlandse samenleving. Fred van Iersel laat zien dat barmhartigheid voorafgaat aan de rechtvaardigheid; ze kunnen niet zonder elkaar.
Het tweede deel, ‘Cultuur- en religiepolitiek’, laat zien hoe in de bronnen en waarden van de rechtsstaat aanknopingspunten liggen voor verbindingen over culturele en religieuze grenzen heen. Het is nodig om de kernwaarden van de rechtsstaat opnieuw te benoemen. Niet om, zoals Ab Klink stelt, lucht te geven aan superioriteitsgevoelens, maar juist om degenen die zich willen onttrekken aan een cultuur van haat en onverdraagzaamheid de hand te reiken. In het democratische burgerschap zou weleens een sleutel kunnen liggen voor die verzoening, zoals Sybrand Buma en Pieter Heerma stellen. Han Entzinger wijst erop dat het huidige inburgeringsbeleid, in de greep van een doorgeslagen zelfredzaamheidsgedachte, onvoldoende is toegesneden op de grote aantallen vluchtelingen. Het is van belang om hen intensiever te begeleiden.
Integratie moet niet alleen in culturele zin, maar ook in sociaal-economisch opzicht vorm krijgen. De gedachte dat een groot deel van de vluchtelingen graag teruggaat naar hun land van herkomst, mag geen vrijbrief zijn om niet te investeren in hun arbeidsmarktpositie, betoogt Anton Hemerijck in het derde deel, ‘Sociaal-economische politiek’. Godfried Engbersen, Jaco Dagevos en Meike Bokhorst komen met werkbare voorstellen.
Het vluchtelingenbeleid kan noodzakelijkerwijs alleen in internationaal en Europees verband vorm krijgen. Jeroen Lenaers zoekt in het vierde deel, ‘Internationele politiek’, naar een nieuwe grondslag voor het vluchtelingenbeleid en ziet kansen voor een modernisering van het Vluchtelingenverdrag. René Grotenhuis wijst op het belang van het steken van meer energie in een waardig en perspectiefrijk terugkeerbeleid.
Kunnen we tegenstellingen overbruggen? Sjaak Koenis betoogt in het laatste deel, ‘De polarisatie voorbij’, dat we een gezonde vorm van nostalgie zouden moeten ontwikkelen; een waarin ons ‘thuis’ geen object van liefde of fobie is, maar een plek waar we ons thuis kunnen voelen zonder weg te vluchten voor de spanningen die democratie nu eenmaal met zich meebrengt. Hans de Bruijn pleit voor de heruitvinding van het gematigde midden, om de heilloze links-rechtsretoriek voorbij te komen. Het is een beetje zoals bij de barmhartige Samaritaan. Die was geen heilige maar een gewoon mens en die zocht naar een nuchter compromis tussen de zorg voor zichzelf en de zorg voor de ander.
***
De manier waarop we met het vluchtelingenvraagstuk omgaan, zegt iets over onszelf. We spreken van een ‘vluchtelingencrisis’ of ‘vluchtelingenprobleem’, en we hebben het over ‘massale aantallen’. De noodsituatie wordt daarbij veroorzaakt door de aanwezigheid van een grote groep ontheemde vreemdelingen; de term is niet gemunt om hun tragische situatie te beschrijven. Het zicht op onze morele impulsen raakt erdoor versluierd en we vergeten dat de integratie, in zowel culturele als sociaal-economische zin, van het grootste belang is voor vluchtelingen en voor onszelf.
Naamloos trekken ze in Wieringa’s Dit zijn de namen van de kale oosterse steppe naar het Westen: ‘De dromen waarmee ieder van hen vertrokken was, waren gaandeweg verdord en afgestorven. Hun dromen verschilden in maat en gewicht, in sommigen leefden ze langer voort dan in anderen, maar verdwenen waren ze uiteindelijk bijna allemaal. De zon had ze verpulverd, de regen spoelde ze weg.’
Is er nog zicht op een nieuw begin, op die steppe, waar geen oriëntatie mogelijk is? De geschiedenis heeft geleerd dat alle geweldshaarden en oorlogen eens tot een einde komen. Dat we niet uitgepraat raken over het actuele vluchtelingenvraagstuk toont, behalve onze fundamentele verdeeldheid over de kwestie, dat we nog steeds gevoelig zijn voor recht en onrecht in de wereld, zonder dat precies duidelijk is wat nodig is om dat onrecht te bestrijden. Daarin alleen al schuilt hoop. ‘De steppe zal bloeien’, in de wildernis dient zich het nieuwe leven aan.
Natuurlijk, de te hoge migratiedruk zal een halt moeten worden toegeroepen en betere grenscontroles zijn noodzakelijk. Maar de mensen die in ons land aanwezig zijn en een status hebben, moeten we helpen te integreren en aan ons hart drukken. ‘De mens in de massamens zien’, is dat te veel gevraagd?
PS Met ingang van deze jaargang verwelkomt de CDV-redactie de leden van de CDA Bestuurdersvereniging (alle gemeenteraadsleden, Statenleden en bestuurders namens het CDA) als abonnee. Daarmee stijgt de oplage van CDV met 2500 nieuwe lezers. Welkom!
Ons kwartaalblad heeft ten minste twee functies. Ten eerste heeft het een geheugen- en gewetensfunctie: we proberen dieper liggende motieven achter beleidskeuzen bloot te leggen en te bevragen. Ten tweede heeft CDV een agendazettende functie: we willen thema’s en trends agenderen die misschien nu nog te weinig aandacht krijgen, maar die naar verwachting de komende jaren wel urgent worden. U begrijpt het: CDV probeert de waan van de dag te ontstijgen.
We hopen dat u CDV ervaart als een weldadig medicijn tegen de toenemende dominantie van soundbites, stereotypen en clichés in de politiek, en dat u er inspiratie aan zult ontlenen bij de politiek van alledag!
© 2009-2024 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0167-9155
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.