Bezinning
Samenvatting
‘Ik heb u bij uw naam geroepen, jij bent van mij.’ Deze tekst uit het Bijbelboek Jesaja wordt in de kerk nogal eens gebruikt bij de doop. Ook buiten deze context hebben deze woorden een wereld aan betekenissen. Bijvoorbeeld: God roept de mens en geeft de mens een naam. Dat betekent onder meer: de mens krijgt zijn identiteit en de naam is een opdracht; wees zoals ik je heb genoemd. Deel van de identiteit is de afkomst; het is God zelf die mij in mijn naam tot aanzijn heeft geroepen. De woorden geven de mens een geschiedenis en een toekomst. In beide ben ik gekend. Dat maakt mij tot een persoon – ik ben niet een anoniem, noch een eenzaam wezen, maar iemand van wie wordt gezegd: die ken ik. Ik ben mens onder de mensen, in verantwoordelijkheid van mijn geroepen-zijn en in gemeenschappelijkheid met anderen om te leven zoals ik ben bedoeld.
De woorden uit Jesaja vormen een fundament waarop het leven gebouwd kan worden – van vóór de wieg, tot over het graf. Daarom passen ze bij zowel de doop als bij het sterven, en daarom bij het hele leven.
Wat hebben deze woorden uit Jesaja te maken met Big Data? Niets. En dat is de reden om het erover te hebben in een bundel over Big Data.
Verzamelaars, analisten en gebruikers van Big Data menen soms dat ze met de verkregen gegevens een mens en groepen mensen leren kennen: kennis van levensstijl, koopgedrag, interesses, ziekte en gezondheid, maatschappelijk gedrag, reizen, specifieke belangstellingen en nog veel meer.
Maar die gegevens leiden natuurlijk niet tot mensen-kennis; de gegevens zijn hooguit kenmerken (van gedrag) van (anonieme) mensen. Die gegevens kunnen heel nuttig zijn, denk aan veiligheidstoepassingen. Ze kunnen ook gevaarlijk zijn, als kenmerken van groepen normatief worden toegepast op één iemand met gelijksoortige kenmerken. De eigenheid van die ene wordt dan vrijwel zeker geweld aangedaan – niemand is immers gelijk aan iemand.
Het gekend-zijn in Jesaja en de kennis via Big Data verkregen zijn twee werelden die niets met elkaar te maken hebben. Of lijkt dat maar zo?
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0167-9155
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.