Er is sprake van tragiek, omdat de situatie waarin de partij terechtgekomen is met het eigen handelen te maken heeft. Zeker, er zijn factoren die ogenschijnlijk te groot zijn om er directe invloed op uit te oefenen, zoals secularisering en individualisering. Maar onmiskenbaar is er door menselijk falen, botsende ego’s en oneigenlijke doelstellingen een situatie gecreëerd waardoor de partij niet meer de plek was waarin het christendemocratisch gedachtegoed op zo’n manier gekoesterd werd dat kiezers er met vertrouwen hun stem aan wilden geven. 

 

Deze CDV, aan de vooravond van de Kamerverkiezingen, heeft als thema: om een geloofwaardige christendemocratie. In diverse artikelen, maar ook veel interviews, laten we christendemocraten uit de politieke praktijk van Kamer, provinciehuis en stadhuis aan het woord, die aangeven waar het fout is gegaan en hoe het beter kan. Daarbij vallen zowel de overeenkomsten als de verschillen op. Bijna iedereen is ervan overtuigd dat een echte christendemocratische partij nog altijd van grote waarde kan zijn, en dat is meer dan preken voor eigen parochie. De onmachtige overheid en de verweesde burger vragen om een benadering die de eigenstandige filosofie van de christendemocratie, ter onderscheiding van liberalisme, sociaaldemocratie en populisme, bij uitstek kan bieden. Maar dan moet ze serieuzer belichaamd worden dan de poging om koste wat het kost een zo groot mogelijke bestuurderspartij te zijn.

 

Over welke accenten die christendemocratie moet leggen, verschillen de meningen. Waar de een meer nadruk legt op de opvang van asielzoekers en de zorg om milieu en klimaat, maakt de ander zich zorgen om de publieke opinie die door een progressieve elite wordt gedicteerd. Ook de vraag of de term ‘christendemocratie’ nog altijd de geëigende benaming is om de waarden en principes van het CDA uit te dragen, leveren uiteenlopende reacties op.

 

Het beloven bijzondere verkiezingen te worden, niet alleen omdat nieuwe partijen op het eigen terrein de concurrentie met het CDA aangaan, maar ook omdat er op links wordt samengewerkt en onduidelijk is wat de uitkomst van dit alles is. Vast staat dat de oude grote volkspartijen PvdA en CDA voor grote veranderingen staan.

 

Is er hoop voor de christendemocratie? Het christendom, en ook de christendemocratie, heeft altijd de hoop centraal gesteld: niet omdat de omstandigheden daartoe direct aanleiding gaven of omdat we nooit meer fouten maken, maar omdat we diep vanbinnen weten dat er iets sterkers en groters is dan ons menselijk falen. Het is deze politiek van hoop die de nieuwe leider van het CDA, Henri Bontenbal, bij uitstek wil vertolken, zo zegt hij in een interview in deze CDV (zie ook de gratis artikelen). En wie alle artikelen leest ziet dat hij daarin niet alleen staat. Alle bijdragen ademen die hoop en bezieling, die met de christendemocratische gezindheid gepaard gaat en dus ook het CDA betreft, mits de partij nu wel haar wortels trouw blijft. Of zoals Thomas Steenkamp het verwoordt in het gesprek dat Marc Janssens met hem had (zie ook de gratis artikelen): ‘Er is zoveel CDA-gedachtegoed en -mentaliteit in de samenleving, dat ik niet anders kan zijn dan hoopvol.’