Angst is een karaktertrek van het hedendaagse, moderne leven in het Westen geworden. Niet alleen beheerst angst individuele mensen, in de samenleving speelt angst ook een grote rol. Wat zijn oorzaken van deze angst? Wat is de rol van de politiek wat betreft angst? Heeft ze een dempende werking of is ze juist een aanjager van angst?

 

In een wereld vol potentiële ziekten, vijanden en vreemden is angst in elk geval een belangrijke politieke kracht geworden. Hoe kunnen we een politiek van hoop voeren, een politiek die niet voorbijgaat aan de angst, maar die de angst op een vruchtbare wijze weet te integreren in het leven? Over die vragen gaat dit CDV-lentenummer met als titel Biopolitiek: in de greep van angst.

 

Het nummer valt in drie delen uiteen. In het eerste deel, ‘Angst in  

perspectief’, plaatsen we angst op afstand, juist om er beter zicht op te krijgen.

 

Angst als zodanig hoeft nog niet zozeer een probleem te zijn; het probleem is veeleer de manier waarop we ermee omgaan. In het tweede deel, ‘Verschijningsvormen van angst’, thematiseren we hoe politiek en wetenschap eerder aanjagers zijn van de angst dan dat ze erin slagen mensen te helpen te aanvaarden dat het leven altijd een tekort in zich draagt.

 

Wat zijn wel goede manieren om met angst om te gaan, en waarin schuilt de ruimte voor een vertrouwenwekkende politiek van de hoop? Makkelijke recepten zijn er niet. Toch formuleert een aantal auteurs in het derde deel van deze CDV, ‘Naar een politiek van hoop’, een aantal mogelijkheden.